Holten |
|
|
Op
deze pagina gaan wij het verst terug in de tijd en wel naar de 18e eeuw.
We nemen een kijkje bij Erve Strokappe in de Beuseberg in Holten. Hier
woont Hendrina en zij is de eerste persoon in de bloedlijn van de latere
familie uit Harfsen die de naam Strokappe heeft gedragen. Hier gaat een
heel verhaal aan vooraf en Hendrina zelf is ook weer een heel verhaal.
Kortom, interessante pagina over de oorsprong van de familie Strookappe! |
|
|
Hendrik
Willems Lavarne |
|
De
oorsprong van de gehele familie Stro(o)kap(pe) ligt in de Beuseberg
bij Holten. Circa 1663 werd hier Hendrik Willems geboren. In die
tijd woedde de Münsterse oorlog waarbij in 1674 vele boerderijtjes
in de Beuseberg verbrandden. Met de herbouw werd o.a. een nieuw
boerderijtje gebouwd met de naam "Lavarne". De naam werd
ook wel geschreven als Laverne en in het Frans betekent dit "de
els". Het is daarom goed mogelijk dat het boerderijtje bij
een els (boom) heeft gestaan en daarnaar is vernoemd. Elzen kunnen
uitstekend tegen vochtige omgevingen en ze staan dan ook veelal
op moerassige grond iets wat dat gedeelte van de Beuseberg geweest
zal zijn. De Lavarne stond op de open plek tussen de bomen (elsen?)
op de foto hiernaast. Een andere mogelijkheid is dat de Lavarne
(of Laverne) is vernoemd naar kolonel Ferdinand de la Verne (ook
geschreven als Laverne) de Rodes. Hij was kolonel in de periode
1674 tot 1685 en was in 1676 en 1677 gouverneur van het nabijgelegen
Deventer.
Het huisnummer vanaf 1811 was 222 en verderop deze pagina kun je
hiermee de locatie van deze katerstede vinden. |
|
|
|
|
Hendrik
is waarschijnlijk de zoon van "Willem onder den Bergh"
die op boerderij de Bolder zal hebben gewoond. Hier woonde later
Jan Willems de Bolder die een broer van Hendrik zal zijn geweest.
Hendrik trouwde omstreeks 1687 met Jenneken Teunissen en zij vestigen
zich daarna aan de Lavarne en Hendrik wordt vanaf dat moment ook
Lavarne genoemd en zodoende ontstaat de familienaam Lavarne. Hendrik
gaat als bouwman aan het werk op de Lavarne waarvan hij ook eigenaar
was, hij verkoopt deze namelijk in 1720. In deze akte wordt hij
Hendrik Henderix i.p.v. Willems genoemd, de naam Willems komen wij
tegen in een huwelijksakte van 1722 als zijn zoon Willem trouwt.
Wij vermoeden dat het patroniem Willems de juiste is, maar het is
wel mogelijk dat dit Hendriks kan zijn. In 1705 kopen Hendrik en
Jenneken de caterstede Jan Lubberts Steedje en waarschijnlijk wordt
hiermee de Lavarne genoemd die tot 1705 nog anders was geheten.
Deze katerstede bestaat uit een huis, hof, hoge en lage landerijen.
Dezelfde omschrijving wordt in 1720 genoemd als caterstede Lavarne
wordt verkocht aan secretaris Everhard Jordens. In deze akte wordt
Jenneken niet meer genoemd, zij zal waarschijnlijk zijn overleden. |
|
|
Hendrik en Jenneken kegen
een dochter genaamd Hendrikjen en een zoon genaamd Willem. Er zullen meer
kinderen zijn geweest want in de akte van 1720 wordt nog gesproken over
onmondige kinderen van Hendrik die dus geboren zullen zijn na 1702. Maar
wij concentreren ons op Hendrikjen en Willem omdat zij bepalend zijn voor
de Strookappe geschiedenis. Hieronder een schematisch overzicht van de
kinderen en kleinkinderen van deze Hendrikjen en Willem: |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
♥ Egbert Hendriks
Endeman Geerlichs |
♥ Hendrine
Alberts Broens
|
Hendrina
Strokappe |
|
ca. 1686<1723
|
ca. 1721<1760
|
moeder van: |
|
1.
Hendrikjen Hendriks Lavarne |
4.
Willem Egberts Kwintenberg
|
7.
Geesken Willems
Kwintenberg
|
|
ca. 1688<1720
|
ca. 1717<1795
|
1756-1820
|
|
|
|
|
♥ |
Hendrik
Willems Lavarne |
|
|
|
Willem
Jansen - Strokappe - Pot |
ca. 1663-1723 |
|
|
|
1752-1823
|
♥ Jenneken
Teunissen
|
|
|
|
♥ |
ca. 1685<1720
|
|
2.
Willem Hendriks Lavarne - Strokappe |
4.
Jenneken Willems Lavarne Strokap
|
1.
Aaltjen Harms Strokappe
|
|
|
ca. 1698-1764
|
ca. 1730>1803
|
1755-1787
|
|
|
♥ Aaltjen
Derks Struyk
|
♥ Harmen Alberts
- Strookappe
|
6.
Albert Harms Strokappe
|
|
|
ca. 1700>1748
|
ca. 1730-1778
|
1769-1836 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Met
dit schema hoop ik de ingewikkelde en zeer bijzondere oorsprong
van de familie snel duidelijk te kunnen maken voordat wij de mensen
afzonderlijk verder bespreken. De blauwe lijn symboliseert de bloedlijn
van de Rijssense Stro(o)kap(pe) tak èn de naamlijn van de
gehele Stro(o)kap(pe) familie. De rode lijn staat voor de bloedlijn
van de Harfsense Stro(o)kappe familie waarvan de voorouders dus
voorheen Kwintenberg en Lavarne heetten. De personen in de groene
lijn koppelen de lijnen aan elkander; Hendrik Willems Lavarne als
stamvader en Willem Jansen Strokappe Pot als echtgenoot van twee
achterkleindochters van Hendrik! Eerst trouwt hij namelijk met Aaltjen
Strokappe wiens broer Albert de stamvader van de Rijssense tak is.
Na het overlijden van Aaltjen hertrouwt Willem met Geesken Kwintenberg
die reeds moeder is van Hendrina, de latere stammoeder van de Harfsense
tak. Al een beetje duidelijk zo?
Hendrikjen zou moeder worden van vier kinderen en Willem werd vader
van zes kinderen. Al deze tien kleinkinderen van Hendrik Willems
Lavarne werden in het boerderijtje Lavarne geboren. De kinderen
van Hendrikjen worden voor 1720 geboren. Hendrikjen komt dan te
overlijden en haar man Egbert hertrouwt op 25 augustus 1720 en gaat
elders wonen en neemt de kinderen mee. Egbert was mede-eigenaar
van de Lavarne en wordt ook genoemd in de akte van verkoop in 1720.
Willem en zijn vader Hendrik blijven dan alleen achter en zullen
het boerderijtje hebben gepacht van Jordens. Willem trouwt in 1722
en zijn oudste kind wordt op 26 maart 1723 geboren. Omstreeks deze
periode komt opa Hendrik Willems Lavarne te overlijden. Dat Hendrik
naast twee kinderen en tien kleinkinderen nog veel meer nakomelingen
zou krijgen blijkt wel uit zijn gigantische lijst van nakomelingen
welke je hier
kunt bekijken. Er zullen meer kinderen zijn geweest dan Hendrikjen
en Willem en het overzicht met nakomelingen kan dus nog veel groter
zijn. Maar de gegevens van deze kinderen en eventuele nakomelingen
zijn helaas nog niet boven water gekomen. |
|
|
|
Willem
Strokappe (Hendriks Lavarne) |
|
|
|
|
Wij volgen
nu eerst de blauwe lijn van het schema hierboven aangezien
daar de familienaam Strokappe als eerste opduikt. Willem Hendriks
Lavarne trouwt op 26 juli 1722 met Aaltjen
Derks Struyk en het echtpaar trouwt in op het oudershuis van
Willem op de katerstede "Lavarne" in de Beuseberg/Agterhoek.
In 1723 en 1724 wordt Willem, die net als zijn vader en velen
in de Beuseberg bouwman was, aldaar aangeslagen voor 2 personen
hoofdgeld. Een bouwman was overigens iemand die op een boerderij
werkte en was eigenlijk een andere benaming voor landbouwer
die rond 1800 veel werd gebruikt. Veelal waren bouwmannen
pachters of eigenaren van een boerderij. Op de foto hiernaast
nogmaals de Lavarne plek gezien vanaf de uitgebreide fliermaten,
het hoger gelegen broekgrond. In 1726 wordt Willem in het
Markeboek van Holten genoemd als Willem Lavarren. |
|
|
Voor 29 augustus 1749 sticht Willem
een nieuwe katerstede in de Beuseberg die de naam "Strokappe"
krijgt zoals te lezen is in het Register van nieuw aangegraven
gronden van deze datum. Het bijbehorende bouwland wordt in 1750
getaxeerd op 25 gulden. Opvallend is dat het bouwland van de Lavarne
(waar ondertussen Willem Jansen, vulgo de Koelen afkomstig van
boerderij Menum, is gaan wonen) maar voor 5 gulden getaxeerd wordt.
Om vast te kunnen stellen wanneer de Strokappe werkelijk gesticht
is, kijken we naar wat er gebeurde bij de Lavarne. Hier worden
in de periode 1723 tot 1738 alle zes de kinderen van Willem geboren,
hierover straks meer. In 1738 en 1741 worden er ook kinderen geboren
van Hendrik Engberts Lavarne, zoon van Hendrikjen, de zus van
Willem. We kunnen ervan uitgaan dat Hendrik bij zijn oom Willem
inwoonde. Het volgende kind werd geboren in 1746 (doop 13 februari
1746) en is van nieuwe bewoners: Willem Jansen en Jenneken Hendriks
Menom. Deze Jenneken is een nicht van Aaltjen Alberts Tela met
wie Hendrik Engberts Lavarne was getrouwd en zo bleef de Lavarne
toch nog een beetje in de familie. Hendrik stichtte tussen 1741
en 1743 naast de Lavarne een nieuw boerderijtje: de Poliste. De
Strokappe is daar weer vlak naast gebouwd en zou in dezelfde tijd
gebouwd kunnen zijn. Echter op 11 september 1745 is "Wilm
Laverne" nog momber over de onmondige kinderen van zwager
Derk Derksen Stroek en woont hij gezien zijn naam waarschijnlijk
dus nog op de Lavarne. Laten we het er dus op houden dat Willem
in 1745 is verhuisd naar de Strokappe. Oom Willem en neef Hendrik
maakten toen dus gezamelijk plaats voor Willem Jansen die voortaan
als Willem Lavarne door het leven zou gaan. Hij is dan nog voor
de helft eigenaar en koopt op 15 oktober 1750 de andere helft
van Jan Henriksen op 't Fort Jans en diens vrouw Jenneken Jansen.
|
|
Hij is dus de "Wilm Laverne" die op 24 augustus
1748 tijdens de volkstelling wordt geregistreerd, zie de afbeelding
hiernaast. De voormalige Willem Lavarne kreeg een andere naam,
en wat voor één! |
|
|
|
Vreemd is het
wel dat er geen vermelding is van een Willem Strokappe en Hendrik
Poliste bij de volkstelling van 1748. Op de Lavarne worden Willem,
zijn vrouw en twee kinderen genoemd en is het dus zeker dat Willem
Strokappe en Hendrik Poliste er niet meer woonden. |
|
|
Het
was de gewoonte dat men de personen van een boerderij noemden
naar de boerderijnaam, waardoor Willem van de Strokappe dus
als Willem Strokappe door het leven zou gaan en we dus ook
kunnen stellen dat de familienaam Strokappe in 1742 ontstond
en Willem de eerste persoon is geweest die deze naam gedragen
heeft. Zijn naam wordt in het register van nieuw aangegraven
gronden van 29 augustus 1749 ook geschreven als Willem Strokappe
(zie hierboven) en het is daarmee de oudste akte waarin de
familienaam Strokappe is opgeschreven. De familienaam is dus
afkomstig van een boerderijnaam welke aan deze katerstede
was gegeven omdat deze een dak van stro had. De zwartwit foto
hieronder is puur ter illustratie van onze "Erve Strokappe"
omdat er geen foto van de echte Strokappe bestaat, maar verderop
deze pagina kun je nog wel de echte stenen van Erve Strokappe
zien! De naam Erve is eigenlijk niet goed gekozen, want deze
staat voor een boerderij waarvan de eigenaar lid van de Marke
was en dat was Willem zeker niet. De juiste typering moet
katerstede zijn, een ongewaard erve welke binnen een dag moest
worden gebouwd. 's Avonds moest er rook uit de schoorsteen
komen, gebeurde dat niet, dan kon de hele katerstede weer
worden afgebroken! |
|
|
Het zal dan ook een zeer eenvoudig
boerderijtje zijn geweest, ook omdat Willem Strokappe in 1749
van de diaconie geniet en dus niet veel geld had. Dat het boerderijtje
een kap van stro had is ook een aanwijzing dat Willem het niet
breed had, want stro was in die tijd de goedkoopste dakbedekking.
Stro was trouwens best schaars in de omgeving van Holten zoals
beschreven in het hoofdstuk "De Boerderieje" van het
boek "Hooltn Vrogger" : "Stroo was der vrogger
neet völle, want der wördn weanig rogge verbouwd en
wat der was, was neet zoo bes. Det stroo konn ze toen better gebruukn
vuur wat aans. Zoo gebruukn ze ok stroo oonder 't berregood in
de berrestea. Det was lekker warm, want stroo isoleert good en
is ok nog veerkrachtig. Aans lag ie zoo op de plaankn, want in
'n berrestea had ie gen matrasse" ....
|
|
|
|
|
|
Willem en Aaltjen
kegen in de Lavarne zes kinderen met de volgende doopdata: |
|
|
|
|
|
|
1. |
Jan |
26-03-1723 |
2. |
Hendrik |
13-08-1724 |
3. |
Derk |
03-08-1727 |
4. |
Jenneken |
26-11-1730 |
5. |
Engbert |
23-08-1733 |
6. |
Willem |
13-04-1738 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
De
bloedlijn van de Stro(o)kap(pe) familie loopt door met Jenneken,
maar voordat we met haar verder gaan eerst nog even aandacht voor
jongste zoon Willem
die als enige de achternaam Strokappe krijgt, de anderen heten veelal
Willems Lavarne. Willem zal waarschijnlijk de enige zijn geweest
die als kind in de Strokappe heeft gewoond en zodoende als zijn
vader de familienaam Strokappe meekreeg. Wel is het zo dat Jenneken
uiteindelijk degene is geweest die in de Strokappe is blijven wonen
en zij derhalve ook de achternaam Strokap(pe) heeft gedragen. |
|
|
Willem
trouwt op 27 juni 1770 te Holten met Geertien
Gerrits Pinkert en het echtpaar trouwt in op het oudershuis
van Geertien, erve Pinkert in Dijkerhoek. Willem heet nadien
geen Strokappe meer, maar Pinkert en wordt vader van acht
Pinkertjes, geboren in de periode van 1771 tot 1787. Een heel
bijzonder gegeven is dat op erve Pinkert ook broer Derk
woonde. Hij was getrouwd met Geertjen Hendriks Kromhoff ...
de moeder van Geertien! Oftewel, oudere broer Derk trouwde
met de moeder en jongere broer Willem trouwde met de dochter!
Derk was niet de vader van Geertien, hij was namelijk de tweede
man van Geertjen en trouwde met haar toen ze al 47 jaar oud
was en samen kregen zij geen kinderen meer. Derk overlijdt
op 8 juli 1809, Willem op 29 januari 1811 en Geertien is overleden
op 30 juli 1813. Een maand daarvoor, op 26 juni 1813, trouwde
zoon Hendrik Willemzen Pinkert met Janna Baltink Kleinhorsman
uit Gorssel en zij werden de nieuwe hoofdbewoners van erve
Pinkert. De handtekening hieronder is van Hendrik en afkomstig
uit de akte van het genoemde huwelijk. |
|
|
|
De
foto hierboven is van boerderij Pinkert maar dit is niet de boerderij
waar Willem Strookappe is komen wonen. De huidige boerderij is rond
1900 gebouwd en staat aan de weg, de oude boerderij stond verder
van de weg in het weiland. Jarenlang markeerde een oude lindenboom,
die bij het boerderijtje stond, de plek. Ook bij de huidige boerderij
staat een lindenboom. De boerderij is tot ca. 1970 bewoond geweest
door de familie Pinkert, de laatste hoofdbewoner is Teunis Pinkert.
Hij was van de zesde generatie Pinkert gerekend vanaf Willem. |
|
Oudste
zoon Jan
Willems Lavarne werkte voor zijn huwelijk bij Albert Jans
in de Beuseberg, de boerderij rechts op de foto hiernaast.
Op 22 december 1748 trouwde hij met Grietjen Jansen en gaat
bij haar ouders wonen op Klein Jonge in de Look waar één
dochter wordt geboren: Hendrine Lavarne. Grietjen overlijdt
en Jan hertrouwt op 23 juli 1752 met Geesken Wevers en gaat
met haar wonen op Sonnenbeld in het Neerdorp. Hier worden
vier kinderen geboren die allen de achternaam Sonnenbeld (of
Zonnebelt of Zonnenbeld) krijgen waarmee de huidige familienaam
is ontstaan welke is doorgegeven door zoon Willem. Jan is
overleden in 1800. |
|
|
|
|
Over
Hendrik
Willems Lavarne, zoon van Willem en kleinzoon van de Hendrik
Willems Lavarne, kan nog verteld worden dat hij op 3 februari
1754 te Colmschate in het huwelijk treedt met Teune Harms
afkomstig uit Olst. Hendrik kwam vanuit Wesepe (waar hij woonde
aan de Kistemaker) en hij en Teune woonden ten tijde van het
huwelijk aan het Nagel in den Vuilinck, een kloosterboerderij
in Diepenveen. De sierlijke Lavarne geschreven bij het schema
hierboven is afkomstig uit het huwelijksregister, echter is
niet zijn handtekening. Hendrik en Teune krijgen twee kinderen:
Willemina (gedoopt 24-03-1754) en Harmen (gedoopt 11-01-1756).
Vader Hendrik wordt bij de doop van zijn kinderen genoemd
als Hendrik Willems in het Veld in den Vuilinck (ook Rande).
Willemina trouwt op 10 oktober 1784 met Hendrik Wassink en
zorgt voor Wassink nakomelingen. Bij haar ondertrouw d.d.
24-09-1784 wordt aangetekend dat vader Willem al overleden
was, maar wanneer precies is onbekend. Van zoon Harmen is
verder niets bekend. |
|
|
De
familienaam Stro(o)kap(pe) is dus ontstaan uit een boerderijnaam
waarvan de stichter is geboren in de Lavarne. Daarvan zijn nog meer
voorbeelden: Poliste (gesticht door Hendrik Engberts Lavarne in
de Beuseberg), Bargman (gesticht door Teunis Engberts Lavarne op
de Zuurberg in de Beuseberg), Draaijom (gesticht door Jenneken Engberts
Lavarne in het dorp), Kwintenberg (gesticht door Willem Engberts
Lavarne op de Zuurberg in de Beuseberg, hierover verderop meer)
en dus Zonnenbeld (gesticht door Jan Willems Lavarne in het Neerdorp).
De personen met de achternaam Engberts waren kinderen van Engbert
Hendrik Geerlichs (ook wel Endeman) en Hendrikjen Hendriks Lavarne
en Jan Willems Lavarne was dus de oudste zoon van Willem Strokappe
en Aaltjen Derks Struyk. |
|
De
familienaam Lavarne bestaat niet meer. In de burgelijke stand
komt de naam Lavarne (geschreven als Lavarn) nog twee keer
voor met het overlijden van Hendrika Lavarne op 23 oktober
1818 (zij was getrouwd met Egbert Achterkamp en woonde op
boerderij Vasters nummer 223) en Jenneken Lavarne die op 1
juni 1833 is overleden in huis 222 (Lavarne dus) en was getrouwd
met Jan Oolbekkink. Zij was de laatste persoon met de Lavarne
familienaam die op de Lavarne gewoond heeft. Hendrika en Jenneken
waren zussen van elkaar en geen familie van de oorspronkelijke
Lavarne bewoners en dus geen familie van Strookappe. Hun grootouders
waren afkomstig van boerderij Menum en gingen op de Lavarne
wonen toen Willem (Strokappe) deze boerderij verliet.
Nog even terug naar 1748. In augustus van dat jaar zijn alle
inwoners van Overijssel geregistreerd. Deze registratie staat
bekend als de volkstelling van 1748. Vader Willem woont dan
nog in Lavarne en wordt geregistreerd met vrouw en twee kinderen
die jonger dan 10 jaar zouden zijn geweest. Dat is vreemd,
want zoon Willem was toen al 10 jaar oud en er waren geen
jongere kinderen. Waarschijnlijk worden met de kinderen toch
zoon Willem en dochter Jenneken bedoeld. Van Engbert
wordt niks meer vernomen. |
|
|
|
De
foto hierboven is genomen op de plek waar de Strokappe gestaan heeft,
hierover verderop nog veel meer informatie! |
|
|
Jenneken
Willems Strokappe
Geboren als Jenneken Lavarne. Jenneken trouwt op 9 juni 1754 te Holten
met Harmen Alberts, zoon van Albert
Harms, vulgo Bonte Jan, te Neerdorp en Fenneken Harms Lovelink en is
afkomstig van erve Bonten (huisnummer 206 anno 1811) welke 250 meter
van erve Strokappe lag. Voor zijn huwelijk met Jenneken woonde en werkte
hij eerst nog aan Reijling in het Neerdorp. Het echtpaar trouwt in op
het oudershuis van Jenneken, de bekende katerstede "Strookappen"
(alias Strokappe of Strokap) in de Agterhoek en Harmen wordt er bouwman.
De Agterhoek was overigens een buurtschap welke naast de Beuseberg lag,
maar de gebieden zijn circa 1818 samengevoegd en toen als de Beuseberg
doorgegaan. Gemakshalve hebben we het vanaf nu alleen nog maar over
de Beuseberg. Zoals te doen gebruikelijk neemt Harmen de naam van zijn
nieuwe woning aan als achternaam en gaat verder als Harmen Alberts Strookappe,
met dubbel O dus, terwijl de familienaam en boerderijnaam tot die tijd
altijd met enkel O werd geschreven. Omdat over het ontstaan van de naam
en de dwalingen in de schrijfwijze ervan een heel apart verhaal kan
worden geschreven, is daarvoor de StroØkappe
pagina gemaakt. Maar wij dwalen nu niet verder af, het is zo al ingewikkeld
genoeg! De foto hieronder is van een boerderijtje waarvan er zovelen
stonden rondom Holten. Het is goed mogelijk dat de Strokappe er ook
zo uit heeft gezien.
|
|
|
Harmen
en Jenneken kregen 7 kinderen met de volgende doopdata: |
|
|
|
|
|
|
1. |
Aaltjen |
02-03-1755 |
2. |
Harmen |
05-12-1756 |
3. |
Willem |
28-01-1759 |
4. |
Fenneken |
04-09-1763 |
5. |
Janna |
31-08-1766 |
6. |
Albert |
03-12-1769 |
7. |
Jan |
01-01-1776 |
|
|
|
|
|
|
|
In de doopaktes van deze kinderen wordt
de boerderij vier keer genoemd als de Strokap, twee keer als de Strookap
en één keer als de Stroo-Kap. Aaltjen is dus de eerste
persoon die ooit is geboren op deze boerderij. Harmen wordt wordt in
1764 nog als armlastig omschreven, het was dus nog steeds geen vetpot
in de Strookap. Harmen en Jenneken worden in 1775 genoemd als lidmaten
aan de Strookap (van de Nederlandse Hervormde Kerk in Holten) en dochter
Aaltjen wordt in de week voor Pasen van dat jaar aangenomen. Vader Harmen
overlijdt voor 27 mei 1778 (wat blijkt uit de ondertrouwakte van deze
datum van dochter Aaltjen) en moeder Jenneken blijft alleen achter met
de kinderen, waarvan niet zeker is of dochter Janna
er toen nog was omdat van haar vooralsnog niet meer informatie gevonden
is. In die tijd werd de doop nog wel keurig bijgehouden, zodat geboortedata
van kinderen redelijk eenvoudig via doopregisters te achterhalen valt,
maar overlijdensregisters waren er nauwelijks en het is dan ook goed
mogelijk dat Janna vlak na haar geboorte of i.i.g. voor 1811, toen de
burgerlijke stand werd ingevoerd, reeds overleden was. Doordat vader
Harmen overleden was, was er behoefte aan een nieuwe kerel in huis wat
verklaart dat oudste dochter Aaltjen in 1778 trouwt, hierover verderop
meer.
|
|
In
maart 1779 wordt duidelijk dat moeder Jenneken haar zaken, huis en gezin
niet meer kon waarnemen. Zij verkoopt dan de Strokappe, getaxeerd op slechts
36 gulden, voor 15 gulden aan haar oudste zoon Harmen
met het recht er tot haar dood te mogen blijven wonen en de plicht voor
Harmen om zijn moeder te onderhouden en te verplegen in kost en klederen
en na haar dood een eerlijke begrafenis te verzorgen. Tevens dient hij
haar jaarlijks één gulden te geven. Jennekens broer Willem
Pinkert en buurman (en verre familie) Jan Tela zijn na het overlijden
van vader Harmen benoemd tot voogden van de onmondige kinderen waarvoor
geregeld is dat zij en de andere mondige kinderen elk 2 gulden ontvangen.
Daarbij dient Harmen de zorg op zich te nemen voor de lamme of kreupele
zoon van zijn moeder Jenneken welke waarschijnlijk zijn broer Willem zal
zijn geweest. Overigens moest er door Harmen ook de zgn. 50e penning (een
belasting die verschuldigd was over de verkoop en vererving van onroerend
goed) betaald te worden. Deze bedroeg 2% over de taxatiewaarde dus 72
cent. Harmen wist echter van niks (of deed alsof die niks wist) en werd
naderhand veroordeeld tot het betalen van deze belasting. Van Harmen is
verder niet veel bekend, behalve dat hij in 1778 wordt aangenomen als
lidmaat aan Strookap. Hetzelfde geldt voor Willem
die op 16 februari 1787 werd aangenomen als Willem Harmsen aan Strookappen.
Van Harmen, Willem en Janna is vooralsnog het verdere levensverloop dus
nog onduidelijk. |
|
|
Van
vier kinderen is meer informatie bekend:
Albert
wordt beschreven op de Loo-Rijssen
pagina. Hij wordt op 16 maart 1788 nog in Holten aangenomen als
lidmaat aan Strookappe. Later verhuist hij naar Colmschate bij Diepenveen
en heeft daarna gewoond in Loo bij Bathmen waar hij overlijdt op
19 juni 1836. Hij is de stamvader van de Rijssense/Wierdense tak
die dus een directe bloedlijnverbinding hebben met Willem Strokappe.
Over Albert kan nog veel meer geschreven worden, maar we beperken
ons op deze pagina tot de Strokappe familie die in Holten is blijven
wonen.
Maar heel veel informatie over Albert en zijn nakomelingen kun je
wel lezen op de Loo-Rijssen pagina!
Hij is de stamvader van de huidige Strokap familie. |
|
|
Jan
is geboren op 28 december 1775 en verhuist na zijn jeugd naar Olst
waar hij op 8 april 1800 wordt aangenomen als lidmaat en op zaterdag
9 april 1803 in ondertrouw gaat met Aaltjen Polmans. Hij woont dan
aan de Zogebrink (Zoogenbrink). Jan wordt genoemd als Jan Strokaper
(het moet niet gekker worden) en vader wordt genoemd als Harmen
van Bonten (Bonten was de boerderij waar Harmen geboren is, maar
Harmen woonde uiteraard later in de Strokap) en moeder wordt genoemd
als Jenneken Strokaper. Zij is niet aanwezig bij het huwelijk, maar
verleent middels een "brievjen" haar goedkeuring tot het
huwelijk welke op 1 mei 1803 wordt voltrokken.
Echtgenote Aaltje is geboren op 04-10-1777
en is een dochter van Willem en Janna Eekhuis en Jan trouwt op 1
mei in op het erve Eekhuis van deze familie welke is gelegen in
het buurschap Hengforden bij Olst. Hij neemt vanaf dat moment de
naam Eekhuis als achternaam aan en gaat dus verder als Jan Eekhuis
door het leven. Bij de geboorte van oudste zoon Harmen op 02-11-1804
wordt Jan nog wel Strokappe genoemd, maar Harmen zijn naam zal ook
Eekhuis worden. Boerderij Eekhuis dateert van 1734 en dankt zijn
naam waarschijnlijk aan een eik (eek=eik) welke vlakbij de boerderij
stond en pas in de 21e eeuw is omgehakt. Nadat Aaltjen haar vader
Willem Eekhuis (eerder geheten Paalman en Zomerhuis) op 14 oktober
1805 op 't Eekhuis overlijdt, verhuizen Jan en Aaltjen met zoon
Harmen naar Terwolde in de gemeente Voorst. Dat kan in 1807 zijn
geweest, in ieder geval voor 8 oktober 1807. |
|
|
|
|
Hier
worden nog drie kinderen geboren: Willem, Jenneken en Gerrit Jan,
van wie bijgaande Eekhuis handtekening is. In Terwolde verdient
Jan zijn brood als daghuurder. Bijzonder is het huwelijk van zoon
Willem waarin melding wordt gemaakt dat hij de zoon is van Jan Strookappe
en dat in de huwelijksbijlagen een akte zit waarin bevestigd wordt
dat deze dezelfde persoon is als Jan Eekhuis en dat Strookappe een
bijnaam van Jan is geweest! Afijn, uiteindelijk overlijdt Jan op
19 september 1825 als Jan Eekhuis. Aaltjen overlijdt vele jaren
later op 3 maart 1862. Het huwelijk van Willem vond overigens plaats
op 3 september 1836 en vader Jan was toen dus al overleden. In 1830
zat Willem in het reserve bataljon van de nationale infanterie en
hij wordt dan genoemd als Willem Eekhuis bijgenaamd ... Strookappe!
Overigens is het zo dat waarschijnlijk alle personen met de geboortenaam
Eekhuis afstammen van Jan Strokappe. De naam Eekhuis had nu zonder
Jan niet meer bestaan en er zouden veel meer mensen met de familienaam
Stro(o)kappe zijn geweest! De familie Eekhuis in Terwolde woonde
mogelijk op "Speelbrink" aan de huidige Rozendaalseweg. |
|
|
Gaan
we nu weer terug naar Holten waar de gezusters Aaltjen en Fenneken blijven
wonen. Aaltjen is degene
die uiteindelijk blijft wonen op erve Strokappe en de link is naar de
Harfsense Strookappe familie, maar aan Fenneken
kunnen en willen we niet snel voorbijgaan. Beide dames bleven wonen in
de Beuseberg en waren er naast zusters ook nog eens schoonzusters en buren!
|
|
De gezusters Strokappe trouwden namelijk
met de gebroeders Pot afkomstig van "de Smit" uit het
dorp Holten. Fenneken trouwt op 15 januari 1785 met Teunis Jansen
Pot en Aaltjen trouwt met diens broer Willem, beiden zonen van
Jan Hendriks Potman en Hendrine Alberts Langkamps. Omstreeks 1745
stichtten zij in het dorp Holten de katerstede Pots dat later
de Smit genoemd zou worden. Een andere zoon, Hendrik, komt verderop
deze pagina ook nog in het verhaal voor.
Teunis is gedoopt op 20 maart 1757 en
was de één na jongste uit het gezin Pot met zeven
kinderen. Fenneken en Teunis gaan wonen aan de Ruwewant, later
ook wel Pots genoemd en vernoemd naar de familie Pot, welke grensde
aan Erve Strokappe. De oorspronkelijke naam is echter Klein Paalman
en het boerderijtje is omstreeks 1773 gesticht door Lummeke Jansen
Stoelhorst die toen weduwe
was van Jan Lubberts Paalman aan Paalmans in de Beuseberg waar
zij dus van afkomstig was. Op
de foto hiernaast loopt rechts de Polistenweg en het boerderijtje
stond aan de linkerkant wat tegenwoordig allemaal bos is.
|
|
|
|
|
Uiteraard
waren ook Teunis en Fenneken bouwlieden, maar hadden zij in 1800
zelf geen koeien. Ze kregen er maar liefst elf kinderen welke op
de Stamboom pagina zijn genoemd. Uiteindelijk
gaan zij met de achternaam Pot door het leven en schenken wij aan
hen op deze pagina verder geen aandacht. Wel is het vermelden waard
dat dochter Harmina Pot degene is die uiteindelijk
op Pots is blijven wonen. Zij is geboren op 24 maart 1807 en trouwde
op 27 juni 1833 met Berend Temmink uit Neede wiens jongere broer
Johannes zou trouwen met Gerritjen Strookappe, maar daarover straks
meer. Berend is geboren op 9 april 1811,
was wever en later boerwerker van beroep en had als bijzonder kenmerk
dat hij doof was. Ze hadden samen zeven kinderen. Berend is overleden
op 18 mei 1884 en Harmina op 5 februari 1889. Beiden woonden tot
hun dood in Pots. |
|
|
Het is onbekend
wanneer moeder Jenneken Strokappe is overleden, maar het zal ergens zijn
geweest tussen 1803 en 1811. In 1803 verleende zij immers nog haar goedkeur
tot het huwelijk van haar jongste zoon Jan, maar deed dat wel middels
een briefje en was klaarblijkelijk niet in staat om bij het huwelijk aanwezig
te zijn. Bij de volkstelling van 1811 staat Jenneken niet meer geregistreerd
en wordt zij als overleden moeder van Fenneken wonende aan de Ruwewant
vermeld. Het bewijs daarvan zou moeten worden gevonden in het begraafboek
van de kerk, maar deze werd in die tijd nog slecht bijgehouden en ik heb
er niks in kunnen vinden. Vooralsnog ga ik ervan uit dat zij kort na 1803
overleden is. |
|
|
Aaltjen
Harms Strokappe |
|
Aaltjen is
een belangrijke schakel in het ontstaan van de Strookappe familienaam
voor de Harfsense tak. Haar eigenlijke naam is Aaltjen Harmz. Het was
in die tijd gebruikelijk dat de achternaam van het kind werd vernoemd
naar de voornaam van de vader, vandaar Aaltjen Harmz en niet Aaltjen Strokappe.
Voluit was haar naam overigens Aaltjen Harmzen aan Strookappe in den Agterhoek.
Zij wordt in 1775 in de week voor Pasen aangenomen als lidmaat aan Strookap.
In een periode tussen 1775 en 1778 woont en werkt zij bij ter Horst in
Bathmen. |
|
Aaltjen
trouwt op 21 juni 1778 met Willem
Janzen, geboren 3 maart 1752. Zoals al hierboven vermeld
is hij de zoon van Jan Hendrikz Pot (ook Podt en Potman) en Hendrine
Aelberts Langkamps en zij woonden aan Pots (ook wel de Smit) in
het dorp Holten welke omstreeks 1745 door hen gesticht was. Willem
had drie zussen en drie broers. Twee van hen, Hendrik en Teunis,
gingen ook in de Beuseberg wonen: Hendrik in Jan Menne en Teunis
in de Ruwe Want. Doordat Willem in het ouderhuis van Aaltjen introuwt,
komen ze dus te wonen op Erve Strokappe in de Beuseberg en Willem
wordt er bouwman. Willem neemt er, waarschijnlijk omstreeks 1785,
de naam Strokappe (met één O dus) als achternaam aan.
Ze krijgen er twee kinderen: |
|
|
|
1. |
Harmen |
01-01-1782 |
|
2. |
Jan |
19-04-1785 |
|
|
|
|
Aaltjen
overlijdt waarschijnlijk in 1787, een overlijdingsakte ontbreekt. Maar
volgens een notariële akte van 14-12-1787 wordt dan één
zoon (één van de twee kinderen is dan blijkbaar al overleden)
momber gesteld aan Willem en diens broer Teunis en wordt Willem genoemd
als weduwnaar. Het is zoon Jan
die reeds overleden is. Harmen krijgt middels deze akte o.a. een schaap
toegekend en hem wordt beloofd behoorlijk lezen en schrijven te worden
geleerd. De handtekening hieronder bevestigt dit! |
Harmen
trouwt op 11 juli 1811 in Rijssen met Geertrui
Keijzer en deze huwelijksakte is de oudste akte uit de burgelijke
stand welke gevonden is. Zijn naam in deze akte is Harmen Janzen,
maar hij ondertekent de akte met Harmen Pot, zie de handtekening
hiernaast. Harmen is trouwens één van de weinigen
van de familie die het schrijven machtig was. Pot zou zijn familienaam
worden en dus ook die van zijn zeven kinderen. Vreemd genoeg wordt
zijn naam wel weer als Harmen Strookappe aangegeven in de volkstelling
van 1811. Harmen heeft dus drie achternamen gehad: Janzen, Pot
en Strookappe. Dit zullen we nog vaker tegenkomen! Harmen was
timmerman van beroep, woonde eerst aan Sandvoort (Zandvoort) in
de Beuseberg en later in het dorp Holten en is aldaar overleden
op 31 december 1853. Kortom, Harmen is geboren op nieuwjaarsdag
en overleden op oudejaarsdag!
|
|
|
|
Geertrui
Keijzer was de dochter van herbergier Marten Keizer en Geesken Reilink
die woonden in herberg "De Keizer" in Rijssen, waar Geertrui
in 1786 werd geboren. Na hun huwelijk zullen Harmen en Geertrui hier eerst
gewoond hebben, later gaan ze dus in Holten wonen. De boerderij waar Harmen
eerst woonde en werkte, erve Sandvoort, werd bewoond door de gelijknamige
familie Santvoort. Later zouden twee kinderen van Harmen, oudste zoon
Jan Albert Podt en oudste dochter Aaltjen Pot, trouwen met mensen van
deze familie. Twee kinderen van tweede zoon Gerrit Pot zouden dat een
generatie later ook weer doen. Er is dus lange tijd een hechte band met
Sandvoort gebleven. Erve Sandvoort stond nabij het dorp Holten aan het
huidige Zandvoortspad. Genoemde zoon Gerrit Pot was getrouwd met Jenneken
Voordes (Voorts). Een neefje van haar zou later de laatste bewoner van
Erve Strokappe worden, hierover straks meer! |
|
|
Geesken
Kwintenberg
Willem gaat na het overlijden van Aaltjen op zoek naar een andere vrouw
en vindt haar in Geesken Willems Kwintenberg die ook in de Beuseberg
woont èn net als Aaltjen een achterkleindochter is van Hendrik
Willems Lavarne, maar niet in de tak van Willem maar die van Hendrikjen!
Dit is een bijzonder gegeven in de familiegeschiedenis en ik verwijs
nu weer even naar het schema bovenaan deze pagina. Hier is dus zichtbaar
dat deze Geesken in de bloedlijn zit van de latere Harfsense Strookappe
familie. Zij is de dochter van Willem Engberts Kwintenberg en Hendrine
Alberts Broens en de kleindochter van Engbert Hendriks Geerlichs en
Hendrikjen Willems Lavarne die op de Lavarne hebben gewoond. Of anders
gezegd, de oma van Geesken is de zus van de opa van Aaltjen, de vader
van Geesken is de neef van de moeder van Aaltjen, oftewel Geesken en
Aaltjen waren elkaars achternichtjes! Wij zullen straks lezen dat de
alleenstaande Geesken al moeder was van een dochter en door haar huwelijk
met Willem kreeg deze dochter dus een (pleeg)vader en kreeg weduwnaar
Willem zijn zoon Harm dus een (pleeg)moeder, zo werden twee problemen
dus in ene keer opgelost!
|
|
Eerst
duiken we nog iets verder in het verleden, want het is net zo interessant
te weten wat er zich afspeelde in de rode lijn van Lavarne naar
Kwintenberg als in de blauwe lijn van Lavarne naar Strokappe zoals
hierboven uitgebreid omschreven, we houden het nu alleen wel een
stuk korter. Het begint eigenlijk allemaal met Hendrikjen, de dochter
van Hendrik Willems Lavarne. Zij is ongeveer vijf jaar ouder dan
haar broer Willem (de eerste Strokappe) en geboren circa 1690. Op
10 juli 1710 gaat zij in ondertrouw en kort daarna trouwt zij met
Egbert Hendriks, zoon van wijlen Hendrik Geerlichs en ook afkomstig
uit de Beuseberg. Vreemd is het dat Hendrikjen als Willems en niet
als Hendriks wordt genoemd. Niet vreemd is dat huwelijk wordt betaald
met hoenders, dat deden de meesten in die tijd. |
|
|
|
Egbert trouwt bij Hendrikjen in bij de
Lavarne en ze krijgen er vier kinderen: Hendrik, Teunis, Jenneken en
Willem. Hendrikjen komt te overlijden voor 25-08-1720 want op deze datum
hertrouwt Egbert met Geesken Harms Borkent. Er wordt gezegd dat zij
een eigen katerstede stichtten aan Schuterskamp op de Soerbarg, aan
de huidige Kroepinsweg. Deze zou de naam Berg Egberts krijgen en Egbert
zou bekend staan als Berg Egbert, later werd de boerderijnaam Bergman.
Maar ook Egbert wordt niet oud, want Geesken hertrouwt reeds op 2 mei
1723 en Egbert is dan dus al overleden. Hij kreeg met Geesken geen kinderen
meer. Later zou Geesken nogmaals hertrouwen met Albert Jansen Tela,
vader van Aaltjen Alberts Tela en zo komen we weer terug bij Lavarne!
Om dit te kunnen begrijpen hier een overzicht van de kinderen van Egbert
Hendriks Geerlichs en Hendrikjen Hendriks Lavarne:
|
|
Zoon
Hendrik werd gedoopt op
21 juni 1711 en trouwde met Aaltjen Alberts Tela (daar hebben we haar)
en zij kregen zeven kinderen waarvan de oudste twee werden geboren in
boerderijtje Tela (ouderlijk huis van Aaltjen), de volgende twee in de
Lavarne (ouderlijk huis van Hendrik) en de jongste drie in de Poliste,
het boerderijtje welke door Hendrik tussen 1741 en 1743 werd gesticht
en waaruit ook de familienaam Poliste is ontstaan. Verderop deze pagina
een foto van dit boerderijtje welke vlakbij de Strokappe stond!
Teunis werd gedoopt op 17 september
1713 en trouwde op 15 mei 1745 met Griete Gerrits Wever en zij blijven
wonen op Erve Bergman op de Zuurberg. Het huisnummer anno 1811 zou 239
zijn en is af te lezen op het kaartje verderop deze pagina. Hier worden
zes kinderen geboren. Na het overlijden van Griete hertrouwt Teunis op
14 december 1760 met Jenneken Hendriks Tempelman en zij krijgen samen
nog een kind. De kinderen hadden de achternamen Teunissen, Bargman en
Bergman.
Dochter Jenneken
werd gedoopt op 20 september 1716. Zij woonde en werkte later aan Zwiers
in het dorp Holten en leert er Albert Harms kennen die er ook als dienstbode
woonde en werkte. Zij trouwen op 5 februari 1735 en blijven wonen en werken
op Zwiers waar ook hun eerste kind wordt geboren. Daarna stichten zij
een eigen katerstede in het dorp die de naam Draaijom krijgt waar nog
eens twee kinderen worden geboren. De kinderen gingen als Alberts en Draaijom
door het leven.
Jongste zoon Willem ten
slotte wordt geboren circa 1717. Hij is de vader van Geesken Kwintenberg
en over hem hieronder meer informatie. We gaan nu eerst nog even terug
naar de Strokappe. |
|
Willem
Janzen trouwt op 30 januari 1788 met Geesken en zijn naam is dan
Willem Strokappe. Willem heeft nu dus weer een vrouw in huis, en
niet één, zelfs twee! Het is namelijk zo dat Geesken
al een dochter heeft en haar naam is Hendrina
en zij is de uiteindelijke stammoeder van de Harfsense Strookappe
familie! Hendrina werd op 23-01-1784 gedoopt als onecht kind, haar
vader was dus onbekend. De vierjarige Hendrina gaat met haar moeder
en kersverse stiefvader wonen op de Strokappe boerderij en krijgt
vanaf dat moment de achternaam Strokappe i.p.v. Kwintenberg. 1788
is dus het jaar dat de Strokappe naam haar intrede deed in de biologische
lijn van de uiteindelijke Harfsense Strookappe familie! |
|
|
|
|
De
familie Kwintenberg woonde
in de gelijknamige boerderij op de Zuurberg in de Beuseberg, hemelsbreed
nog geen kilometer van de Strokappe en gelegen nabij de tegenwoordige
Julekesweg. Deze boerderij wordt in 1743 gesticht door Geeskens
vader Willem Engberts die uiteindelijk de boerderijnaam Kwintenberg
ook als familienaam zou gebruiken. De naam is wellicht afgeleid
van de (Zuur)berg en mogelijk op vijf heuvels aldaar aangezien kwint
vaak staat voor het getal vijf. Het kan dus zijn dat het boerderijtje
gebouwd is tussen vijf heuvels. Willem is vier keer getrouwd geweest
en had in totaal 15 kinderen. Geesken is zijn zevende kind en is
op 1 maart 1756 geboren uit zijn derde huwelijk gedateerd 28 april
1748 met Hendrine Alberts, dochter van Albert Gerrits Broens en
Grietjen Hendriks Geerlichs en geboren op 2 februari 1721. Jawel,
deze Grietjen was familie van eerder genoemde Engbert Hendriks Geerlichs,
namelijk zijn zus. Willem trouwde dus met zijn nicht en Geesken
is dus een dochter van een neef en nicht! Willem en Hendrine waren
bouwlieden als zovelen in de Beuseberg. Er is geen foto van boerderij
Kwintenberg (huisnummer 237 in periode 1811-1850) maar wel van het
boerderijtje ernaast welke werd gepacht door Engel Kwintenberg,
halfzusje van Geesken. Zie foto hiernaast. Tegenwoordig bestaat
er de Kwintenweg in de Holtense Beuseberg. Deze ligt niet ver van
de oude boerderij Kwintenberg, maar is waarschijnlijk vernoemd naar
Roelof Kwintenberg (ook familie) die aan deze weg gewoond heeft. |
|
|
Bovengenoemde
Hendrine Alberts Broens was de derde vrouw van Willem Lavarne Kwintenberg.
Zijn eerste vrouw was Judeken Hendriks Grooteboer, zijn tweede vrouw was
Harmine Gerrits Wever en hij huwde ten slotte Alberdina Hendriks Tempelman.
Een zus van laatstgenoemde is Jenneken Hendriks Tempelman en zij was getrouwd
met Teunis Lavarne Bargman, broer van Willem. Eerder was Teunis getrouwd
met Griete Gerrits Wever, jawel, zus van Harmine Gerrits Wever, de tweede
vrouw van Willem. Maar het wordt nog mooier, want de huwelijken van de
gebroeders Lavarne en de gezusters Tempelman vonden ook nog eens op dezelfde
dag plaats. Deze heugelijke dag was 14 december 1760. Overigens werkte
Alberdina Tempelman voor haar huwelijk op boerderij de Grote Koekkoek
en zien wij op de Harfsen pagina dat Jan Strookappe (achterkleinzoon van
Willem Kwintenberg) in 1835 naar de naastgelegen boerderij de Kleine Koekkoek
verhuisd. Het kan toeval zijn, maar mogelijk zit er toch ook een verband
en is dit de reden dat de familie Strookappe uiteindelijk in Harfsen is
terecht gekomen. Overigens hebben verschillende bewoners van de Grote
Koekkoek een verleden in Holten. |
Op
de foto hiernaast de plek waar boerderij Kwintenberg heeft
gestaan en waar dus de voormoeders van de Harfsense Strookappe
tak, Geesken en Hendrina, zijn geboren. |
|
|
|
Uit het huwelijk
van Willem en Geesken, die bouwlieden waren, worden nog vier
kinderen geboren: |
|
|
|
3. |
Aaltjen |
14-09-1788 |
4. |
Hendrika |
09-01-1791 |
5. |
Albert |
02-06-1795 |
6. |
Jan Willem |
21-06-1798 |
|
|
|
Volgens
de volkstelling van oktober 1795, toen de Holtense Beuseberg 220 inwoners
had, bestond het gezin van Willem Stro(o)kappen uit 6 personen, maar de
namen worden helaas niet genoemd. Dat is jammer, want de volgende personen
zouden er hebben kunnen gewoond: oma Jenneken, vader Willem, moeder Geesken
en de kinderen Harmen, Hendrina, Aaltjen, Hendrika en Albert ... 8 personen
dus! Het wordt dus raden naar wie de 6 personen zijn geweest. Ik ga vooralsnog
uit van Jenneken, Willem, Geesken, Hendrina, Aaltjen en Hendrika. Wellicht
is men al eerder in 1795 gaan tellen en was Albert nog niet geboren en
was oudste zoon Harmen al elders in de kost. Andere mogelijkheid is dat
Jenneken elders woonde en Harmen toch nog bij zijn ouders in huis was. |
|
Overigens
is het ook niet helemaal zeker of dochter Aaltjen
nog wel in leven was. Zeker is dat zij niet oud geworden is, want in de
akten na 1811 kan niets over haar teruggevonden worden. Het lijkt erop
dat zij in 1800 overleden is, omdat in augustus van dat jaar melding wordt
gemaakt van het overlijden van "een kind van Strookap". Hiervan
uitgaande zou zij dus in 1795 nog in leven zijn geweest en toch wel tot
de zes Strookappen bewoners hebben behoord. |
|
Van
Hendrika
is bekend dat zij op 4 januari 1828 in Diepenveen trouwt met Hendrik
Meijer. Haar naam is dan Hendrika Jansen Strokappe en vader Willem wordt
genoemd als Willem Jansen Strookappe. Hendrik Meijer is woonachtig in
Riele gemeente Diepenveen en is de zoon van Albert Meijer en Lutgert Bartels
en volgens de huwelijsbijlagen gedoopt op 1 maart 1789. |
|
|
Hij
is afkomstig van erve Nije Meijer (betekenis is "nieuwe pachter")
en het is mogelijk dat Hendrika er is ingetrouwd. Hiernaast een
tekening van erve Nije Meijer met huidige locatie Oerdijk 103 in
Lettele. Bij haar trouwen was Hendrika dienstmaagd van beroep wat
een benaming is voor een vrouwelijke bediende. Ze krijgen één
dochter, Lammerdina. Zij wordt geboren op 28 juli 1830 en in de
geboorteakte staat als moeder Hendrika Pot genoteerd. Zij
volgde dus het voorbeeld van haar vader en broers om de naam Pot
als achternaam te gaan gebruiken. Zij is dus ook als Hendrika Pot
overleden op 21 januari 1849 waarbij opgemerkt dat haar man als
Hendrik Niemeijer wordt genoemd wat er toch op kan duiden dat zij
toen nog op de Nije Meijer woonden en Hendrik daardoor de naam Niemeijer
hanteerde. Hendrika was toen ook boerenwerkster van beroep. Hendrika
wordt geboren, trouwt èn sterft in januari! Hendrik Niemeijer
overlijdt op 12 april 1861. Dochter Lammerdina trouwde op 3 oktober
1850 met Gerrit Jan Severs, was landbouwster van beroep en overlijdt
op de tweede kerstdag van 1871 in haar huis staande in buurtschap
Riele van de gemeente Diepenveen. |
|
|
Albert
is geboren in de Strokappe en ook zo gedoopt, maar heeft gedurende zijn
verdere leven deze naam niet gedragen. Deze was Pot of Jansen, zoals letterlijk
geschreven in de nationale militie, waarvoor hij trouwens uitgeloot was.
In de nationale militie staat ook zijn signalement. Hij was slechts 1,645
meter groot, maar dat was toch een paar centimeters meer dan de meeste
andere Strokappes van die tijd. Met bruin haar en blauwe ogen wat het
wel een echte Strokappe. Een volledig signalement staat hieronder. Albert
was bouwman van beroep. |
|
|
De
naam Jansen zou uiteindelijk het meest gebruikt worden en zo wordt
ook de naam geschreven op 25 mei 1829 als hij trouwt met Hendrika
Kuiper uit Holten, aldaar geboren op 17 maart 1802. Ze hebben dan
al één gewettigd kind, een zoontje genaamd Jan Willem
die net 15 dagen ervoor was geboren in de Beuseberg. Omdat Hendrika,
dochter van Roelof Schuppert en Jenneken Zwiersen, afkomstig is
van Schuppen Kuipers uit het Neerdorp, lijkt het logisch dat Jan
Willem is geboren in de Strokappe, omdat ook buurmannen Jan Enterman
en Hendrikus Hofman getuigen zijn van de aangifte van de geboorte.
Albert en Hendrika zullen waarschijnlijk kort hebben samengewoond
in de Strookappe en zijn daarna verhuisd naar Rijssen waar op 29
januari 1833 nog een meisje wordt geboren: Geertrui. |
|
|
|
|
Later
verhuizen ze naar het buurtschap Eefde bij Gorssel en gaan wonen
op het erve de Duizend Vreezen en Albert is er dagloner van beroep.
Hier overlijdt Hendrika op 18 november 1834. Erve de Duizend Vreezen
lag vlakbij de IJssel en bij verkeerde wind of windstilte hadden
de schippers "duizend vreezen" om hier te passeren, vandaar
deze naam! |
|
|
|
|
Albert
hertrouwt op 16 juni 1841 met Janna
Bosman, weduwe van Jannes Preuter. Janna Bosman woont in haar
katerstede "Jan Menne" welke naast de Strokappe in de
Beuseberg lag, zie nummer 213 op het kaartje iets verderop deze
pagina. Het is dus duidelijk hoe het stel elkaar heeft leren kennen.
Albert trouwt bij haar in en wordt dus naaste buur van zijn oudere
halfzus Hendrina en jongere broer Jan Willem. De boerderij Jan
Menne zal ongeveer rechts van de plek hebben gestaan waar nu de
grote boom op de foto hierboven in het weiland staat. Achter de
boerderij liep in die tijd nog een weggetje, de zogenaamde Varensteeg.
De boerderij werd overigens in de periode 1773-1783 ook nog bewoond
door Hendrik Jansen Janmennen, voorheen Hendrik Pot, jawel, broer
van Willem en Teunis Pot! In de huwelijksbijlagen van Albert en
Janna zit het doopsextract van Janna waarin haar naam als Jan
werd geschreven. In een andere akte verklaren Jan Willem Pot (Strokappe),
Willem Schuitert (zoon van Hendrina Strokappe) en Hendrik Niemeijer
(man van Hendrika) dat dit Janna moet zijn. |
|
|
Janna
is overigens geboren op 18 maart 1796 en het lijkt niet aannemelijk
dat er uit dit huwelijk nog kinderen zijn geboren aangezien Janna
al 45 jaar oud was, maar zij was al wel moeder. Janna overlijdt
op 3 december 1859 en Albert overlijdt op 3 mei 1863 op 68-jarige
leeftijd.
Zoon Jan Willem trouwde op 9 juni 1866 met Egberdina Nijkamp en
woonde met haar op het boerderijtje Kroepin in de Beuseberg aan
de huidige Kwintenweg. Egberdina was weduwe van Gerrit Willem Dikkeboer
en had al een zoon (Albertus) die dus de stiefzoon werd van Jan
Willem die zelf geen kinderen zou krijgen. Wel neemt hij nog een
pleegkind aan: Hendrikus Teela wiens moeder in 1868 is overleden.
Jan Willem is overleden op 30 augustus 1912 in buurtschap Neerdorp
in Holten.
Dochter Geertrui trouwde op 28 januari 1871 in Holten met Jan Hendrik
Volkerink. Geertrui bleef wonen in de Beuseberg en is er op 15 juni
1889 overleden. Over haar meer verderop deze pagina! |
|
|
|
Na
het overlijden van Janna gaat Albert bij zijn broer Jan Willem en
halfzus Hendrina in de Strokappe wonen en wordt het boerderijtje
Jan Menne geveild. Dit gebeurde op 24 maart 1860. De opbrengst was
voor Albert en de drie kinderen van Janna uit haar eerste huwelijk
met Jannes Preuter. De onroerende goederen bestonden uit de kadastrale
percelen 909, 910, 1011, 1091 (huis en erf) en 1092. Tevens werden
er vele roerende goederen verkocht. De akte wordt ondertekend door
Albert die bij zijn beide huwelijken verklaarde niet te kunnen schrijven
wat hij dus alsnog heeft geleerd. |
|
|
|
Buurman
Jan Keizer van het erve Lambooij verkocht tijdens de veiling van Jan Menne
ook veel van zijn spullen en de opbrengst daarvan ging naar zijn 4-jarige
dochtertje Gerritdina. Zij zou later één van de laatste
bewoners van het erve Strokappe worden, hierover straks meer. Kort na
de veiling vertrokken vader en dochter Keizer naar Rijssen. Het erve Jan
Menne zal vlak na de veiling door de nieuwe eigenaar zijn afgebroken. |
|
|
Nog
even over 1829, het jaar van Alberts eerste huwelijk. Op 16 juni
van dat jaar werd het dorp Holten getroffen door een felle brand
... "Het dorp is een rokende puinhoop. De oude standaardmolen
kijkt vol medelijden neer op het verbrande dorp aan zijn voet. Alleen
boerderij Hollander ziet hij nog staan in de verte, daar aan de
Larenseweg. En daar dicht bij boerderij Geerlichs. De rest ligt
daar verbrand, 52 huizen en 17 schuren,
de kerk, de toren, het schoolgebouw ... alles verbrand!" Bijna
het hele dorp was verbrand en dat is een ingrijpende gebeurtenis
geweest in de historie van Holten waar de bevolking in de Beuseberg
natuurlijk ook mee te maken heeft gehad. Even verderop bij het Schuitert
verhaal nog meer informatie over de brand. |
|
|
Jan
Willem Strokappe |
|
|
|
|
Van
jongste zoon Jan Willem
is het meest bekend en hij is ook de enige van de kinderen die (tijdelijk)
alleen de achternaam Strokappe draagt en was ook degene die op Erve Strokappe
is blijven wonen. Bij de invoering
van de burgerlijke stand door Napoleon in 1811 moesten alle inwoners hun
achternamen laten registreren. Wie geen vaste achternaam had, moest er
één kiezen en daarvan een akte laten opmaken. Willem en
zoon Jan Willem deden dit in 1812 met akte 22 van het register van naamsaanneming.
De naam werd officieel Strokappe, met één O dus. De Strokappe
naam hierboven is uit de akte overgenomen en is geen handtekening, want
Willem en Jan Willem konden beiden niet schrijven. De oude naam wordt
vreemd genoeg vermeldt als Hendriks en niet als Jansen, de naam die Willem
eerder vaak gebruikte. Uiteindelijk zouden Willem en Jan Willem de familienaam
Pot gaan gebruiken. Napoleon kan ons de Pot op, zullen ze gedacht hebben!
|
In
1821 besluit Jan Willem te gaan trouwen met Berentdina
Janzen Paalman, dochter van Claas Janzen Paalman en Lutgert Berents
Rietman en geboren op 3 maart 1793 en dus vijf jaar ouder dan Jan
Willem. In het benodigde certificaat van de nationale militie d.d.
07-07-1821 staat geschreven dat hij dagloner van beroep is en dat
hij nog niet uitgeloot is geweest voor het vervullen van zijn dienstplicht.
Ook staat zijn signalement beschreven: langwerpig aangezicht en
voorhoofd, blauwe ogen, een gewone neus en mond, smalle kin en zwart
haar. Zie ook de afbeelding hiernaast.
Zoals je verderop kunt lezen, zou Jan Willem in 1828 hertrouwen
en hiervoor werd op 19 september 1827 een nieuw certificaat vervaardigd.
Nog steeds is Willem nog niet in dienst geweest (en dat zou ook
niet meer gebeuren) en opnieuw een signalement welke even wat anders
is: zijn aangezicht en voorhoofd zijn nu rond i.p.v. langwerpig,
ook een ronde kin i.p.v. en een smalle, en had die in 1821 geen
merkbare tekenen, nu heeft hij ineens een pokdalig gezicht. Een
extreme makeover voor Jan Willem dus! Hoe het ook zij, opvallend
is wel dat Jan Willem zwart haar heeft. Bij alle andere Strookappe
signalementen is deze namelijk bruin. Blauwe ogen is ook een typisch
kenmerk van de Strookappe man, jawel! |
|
|
|
|
|
Op 13 oktober 1821 trouwt Jan Willem met de achternamen Strokappe
Podt met Berentdina en is dan bouwman van beroep. Berentdina
is geboren aan Paalman. Dit boerderijtje stond maar 170 meter
van de Strokappe. Zie nummer 220 op het kaartje even verderop
deze pagina. Op de foto hiernaast de plek waar dit boerderijtje
heeft gestaan. Jan Willem en Berentdina gaan wonen in de Strokappe
en krijgen twee kinderen: Geertrui op 4 augustus 1823 en Gerrit
op 13 oktober 1824.
Berentdina overlijdt op 16 februari 1828 en hetzelfde jaar,
op 3 november, hertrouwt Jan Willem met nu als achternaam
alleen Strokappe, met Janna
Klein Teeselink ook uit Holten. Er wordt in deze huwelijksakte
duidelijk melding gemaakt van het feit dat vader Willem Strokappe
ook Willem Pot wordt genoemd en moeder Geesken Wilms ook als
Geesken Kwintenberg door het leven ging.
|
|
|
Janna
Klein Teeselink is de dochter van Jan Klein Teeselink en Willemina
Leunk en is geboren op 13 februari 1808 aan een andere Paalman
(ook de Schure) in de Beuseberg. Het huisnummer anno 1811-1850
was 234 (zie kaartje verderop deze pagina) en de boerderij
stond 200 meter van de Strokappe. Paalman was ook haar achternaam
bij haar geboorte, maar deze is in 1812, ook in het register
van naamsaanneming, gewijzigd naar Klein Teeslink.
Jan Willem krijgt met Janna nog drie zonen: Berent Jan op
15 december 1829, nog een Berent Jan op 23 februari 1831 en
Jan Willem precies een jaar later op 23 februari 1832. Beide
Berend Jannen, en ook oudste kind Geertrui, overlijden kort
na de geboorte. Alle kinderen zijn geboren in de Strokappe,
maar zij krijgen allen de achternaam Pot. Vader Jan Willem
heeft dus nog lange tijd de naam Strokappe gedragen, maar
geeft zijn kinderen de familienaam Pot welke hij zelf uiteindelijk
ook alleen als familienaam zou gebruiken. Janna overlijdt
op 3 oktober 1865 en Jan Willem een jaar later op 14 oktober
1866. Zij woonden alle tijd in de Strokappe. |
|
|
|
|
|
Jan
Willem Pot junior trouwde op 25 mei 1861 met Hendrika Klein Velderman.
Zij was weduwe van Gerrit Jan Klein Teeselink, broer van Janna Klein
Teeselink en dus een oom van Jan Willem junior. Kortom, Jan Willem
trouwde met zijn eigen (aangetrouwde) tante! Zij woont op het eerder
genoemde erve Paalman en Jan Willem trekt bij haar in. Hendrika
was al moeder geworden van acht kinderen maar daarvan waren er nog
maar twee in leven: Jan Willem en Hendrika Klein Teeselink. Op 5
november 1862 wordt hun halfzusje Gerritdina Pot geboren. Op 3 april
1863 overlijdt moeder Hendrika en hetzelfde jaar, op 10 oktober
1863, hertrouwt Jan Willem met Geertjen Tuller. Ze blijven wonen
op erve Paalman en op 2 mei 1864 wordt hier nog een dochter geboren:
Egbertdina. |
|
|
Opvallend
is dat zijn oom Albert Jansen Pot (hierboven beschreven) de laatste jaren
van zijn leven woonde bij zijn ouders Jan Willem en Janna in de Strokappe,
maar op 3 mei 1863 is overleden in erve Paalman van Jan Willem junior.
In 1866 vertrekt Jan Willem junior uit erve Paalman en gaat elders in
de Beuseberg wonen. Opvolgers op Erve Paalman zijn Hermannes Stevens en
Aaltjen Nijkamp die op 24 februari van dat jaar waren getrouwd. Jan Willem
Pot was, net als zijn ouders, boerwerker van beroep. Ook heeft hij, voor
zijn trouwen, vijf jaar lang gediend bij de infanterie. Uiteindelijk woont
Jan Willem in het Neerdorp en overlijdt daar op 2 februari 1918. Hij is
daarmee de laatste persoon in Holten die is geboren en getogen in de Strokappe. |
|
Hendrina
Strokappe |
|
Als
ik toch eens terug kon gaan in de tijd en één persoon mocht
ontmoeten, dan zou dat zonder enige twijfel Hendrina zijn. Zij is niet
alleen heel belangrijk geweest voor het ontstaan van de Harfsense Strookappe
familie, maar kan ook antwoord geven op vele vragen die nog onbeantwoord
zijn en wellicht altijd zullen blijven. Er zweeft een bepaalde mystiek
om Hendrina en dat maakt haar erg boeiend om te onderzoeken. Neem nou
haar geboortejaar, daar zijn vele akten het met elkaar over oneens. Hierboven
is reeds gemeld dat zij een onechte dochter is van Geesken Kwintenberg
en is geboren op 23 januari 1784. Maar zij zou ook in 1776 zijn geboren
in Raalte (bron overlijdensakte), in 1777 zijn geboren in Holten als dochter
van Jan Hendrik Strokappe en Fenne Willems (bron particulier genealogisch
onderzoek), in 1779 zijn geboren in Neede (bron bevolkingsregister) of
in 1787 zijn geboren in Holten (bron geboorteakte dochter). Geen enkele
bron bevestigt bovenstaande beweringen, dit is allemaal onderzocht, maar
dat doet wel de volkstelling van 1811 waarin melding wordt gemaakt dat
Hendrina is geboren op 23 januari 1784 als onecht kind van Geesken Kwintenberg.
Ook de genealogen van de Holtense Oudheidkamer bevestigen deze theorie,
maar het was even flink wat speurwerk. Kortom, de geboorte van Hendrina
was ook nu nog een hele bevalling!
|
|
|
Hendrina
had geen biologische band met Harmen en Jan, zonen uit het eerste
huwelijk van haar pleegvader Willem, en was een halfzus van Aaltjen,
Hendrika, Albert en Jan Willem. En zoals reeds aangegeven in het
overzicht bovenaan deze pagina is zij een kind van Geesken, is haar
vader onbekend, is zij een pleegkind van Willem en heeft zij haar
achternaam verkregen van Willem via Aaltjen wiens opa Willem Strokappe
de oorspronkelijke bewoner was van Erve Strokappe en de naam als
familienaam geïntroduceerd heeft.
Een foto van Hendrina is er niet, wel is er een foto van één
van haar kleindochters: Jannetje van Asselt. In het geval dat zij
op haar oma heeft geleken, zal Hendrina er dus ongeveer uit hebben
gezien als op de foto hiernaast. Het is natuurlijk maar een aanname.
Met meer zekerheid kan wel gesteld worden dat Hendrina wel met een
knipmutse op heeft rondgelopen! Op de Harfsen pagina staat nog een
foto van een kleindochter en nog wel van een Strokappe ook! |
|
|
Veel
is er helaas dus niet bekend over Hendrina Strokappe. Er is bijvoorbeeld
geen huwelijksakte, want zij trouwt namelijk niet. Dat wil overigens niet
zeggen dat ze niks van mannen weten moest. Hendrina doet blijkbaar aan
vrije liefde en krijgt maar liefst vijf onechte oftewel zogenaamde “bastaard”
kinderen, allen geboren in Holten: |
|
1. |
Aaltjen |
08-04-1807 |
|
2. |
Jan |
08-04-1809 |
3. |
Willem Schuitert |
29-11-1811 |
4. |
Aaltjen Schuitert |
20-07-1815 |
5. |
Gerritjen |
07-01-1820 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Op
de foto hiernaast een beeld van het boerenleven in de Beuseberg. |
|
|
Het
is toch vreemd dat er niets is vastgelegd van een persoon die in een vrij
korte periode maar liefst vijf natuurlijke kinderen krijgt. Vooral in
die tijd moet dat toch enig opzien hebben gegeven. Hendrina doet van een
paar kinderen zelf aangifte van geboorte welke akten ze overigens niet
zelf heeft ondertekend aangezien zij niet kon schrijven. De geboorte van
Willem Schuitert wordt aangegeven door haar oom Teunis Pot en de geboorte
van dochter Gerritjen wordt aangegeven door Willem Strokappe, haar pleegvader.
De echte vaders waren officieel altijd alweer gevlogen. Dat wil niet zeggen
dat ze onbekend waren, het is bijvoorbeeld opvallend dat Willem en Aaltjen
beiden als tweede voornaam (zgn. patroniem) Schuitert krijgen en dat zou
wel eens de achternaam van hun biologische vader kunnen zijn geweest.
Deze kinderen houden uiteindelijk de naam Schuitert zelf aan als achternaam,
waardoor Jan de enige zoon is die als Strokappe verder door het leven
gaat en de stamvader is van de Harfsense Strookappe tak doordat hij in
1835 met vrouw en kind verhuisde naar dit Gelderse plaatsje. Even verderop
deze pagina meer informatie over de kinderen van Hendrina, echter niet
van oudste dochter Aaltjen,
want zij is reeds in juni 1808 overleden. |
|
|
Hendrina
overlijdt op 22 september 1851 en haar naam wordt geschreven als
Diena Strookappe, ze zal dus Diena als roepnaam hebben gehad. Aangifte
van haar overlijden werd gedaan door Gerrit Jan Hofman, toenmalige
buurman van de Lambooij, zie foto hiernaast.
Hendrina woonde tot haar dood samen met het gezin van haar jongste
dochter Gerritjen. Bij haar overlijden woonden zij in Hutten Strokappe,
gelegen naast Erve Strokappe, met huisnummer 20. Alhier komen op
28 februari 1852 de kinderen Jan, Willem, Aaltjen en Gerritjen bijeen
en verklaren dat hun moeder hen hoegenaamd niets heeft nagelaten
en dat zij haar op hun kosten hebben onderhouden en begraven. Opnieuw
wordt de naam geschreven als Diena Strookappe. Het levensverhaal
van Gerritjen, Aaltjen, Willem en Jan staat verderop deze pagina! |
|
|
Moeder Geesken
Kwintenberg is overleden op 17 april 1820 en (stief)vader Willem Pot is
overleden op 24 oktober 1823. De nalatenschap bestaat alleen uit een "huisjen",
de Strokappe dus. Het huisje wordt nagelaten aan de kinderen Harmen, Albert
en Jan Willem van wie de laatste er bleef wonen. Hendrina kreeg dus niks,
maar was dan ook "maar" een stiefdochter van Willem. Vreemder
is het dat dochter Hendrika niet wordt genoemd in de nalatenschap. Hendrina
Strokappe en haar kinderen blijven gewoon wonen in de Strokappe, dat is
het belangrijkste! |
|
|
Beuseberg
en Agterhoek |
|
Bijna alle namen
van personen zijn nu de revue gepasseerd en ik hoop dat het een
beetje duidelijk is. Net zo interessant als de stamboom is het toch
wel om te weten op welke plek de naam precies ontstaan is. Dit is
dus in de Agterhoek in de Beuseberg welke zgn. boerschappen of buurschappen
waren. In het overzicht hiernaast staan de Agterhoek en de Beuseberg
allebei nog afgebeeld. Omstreeks 1818 wordt de Agterhoek opgeheven
en gaat op in de Beuseberg welke nog steeds als buurtschap bestaat.
De boerderijen met huisnummers 211 t/m 225 vormden de Agterhoek
waaronder dus de Strokappe.
Kaartje hieronder geeft de huisnummers weer in de periode van 1811
tot 1850 welke weer corresponderen met boerderijnamen en familienamen.
Hieronder die van de 15 boerderijen van de Agterhoek allemaal gelegen
in de directe omgeving van de Strokappe. In de laatste kolommen
de namen van de hoofdbewoners anno 1811, waaronder Teunis Pot (genoemd
als Potman) en Willem Strokappe (genoemd als Hendrikz), en daarachter
het aantal personen die op elk adres woonden. In totaal woonden
er 68 personen in de Agterhoek. |
|
|
|
|
211 |
|
Heldermans |
|
Dirk Helderman |
5 |
1774 |
212 |
|
Entermans |
cq Oud Entermans,
Broodjans |
Jan Enterman |
3 |
1743 |
213 |
|
Jan Menne |
cq Kijk in 't Flier, Podtstalen |
Jannes Janmennen |
3 |
1710 |
214 |
|
Lambooij |
cq Zwarten Garrat |
Gerritjen Hofman |
5 |
1731 |
215 |
|
Bekkink |
cq Kroepin of Kruipin, Bokse |
Gerrit Bekkink |
4 |
1808 |
216 |
|
Ruwewant |
cq Rouwewant, Pots, Klein Paalman |
Teunis Pot |
5 |
1773 |
217 |
|
Strokappe |
cq De Strokap,
Strokappen |
Willem Strokappe |
5 |
1742 |
218 |
|
Poliste |
cq Polisten |
Jannes van 't Heef / Poliste |
7 |
1742 |
219 |
|
Jan Hilleke |
cq Jan Hillekes, Hillekes, Oud
Jan Hillekes |
Hendrikus Kwintenberg |
3 |
1720 |
220 |
|
Paalman |
|
Klaas Endeman / Paalman |
3 |
>1749 |
221 |
|
Klein Achterkamp |
|
Hendrina Harms |
3 |
1804 |
222 |
|
Lavarne |
cq Laverne |
Jan Oolbekkink |
4 |
<1674 |
223 |
|
Vasters |
cq Jan Vasters, de Koopman |
Egbert Achterkamp |
5 |
<1674 |
224 |
|
Tela |
ca Teela, Thela, Catela, Toetela |
Jan Tela |
5 |
1714 |
225 |
|
Menum |
ca Menomme, Menom |
Hendrik Wiegmannink |
8 |
1685 |
|
|
In
de laatste kolom staat vermeldt in welk jaar de boerderij
werd gesticht. Ook het vermelden waard zijn nummer 227: Teeselink
(Tieselinck), nummer 234: Paalman, nummer 235: Achterkamp
(Agterkamp), nummer 237: Kwintenberg (Quintenberg) en 239:
Bergmans (Schuterskamp). Van Kwintenberg en Bergmans is dat
ondertussen al duidelijk geworden, wat de betekenis van Teeselink
en Achterkamp is wordt verderop deze pagina vanzelf duidelijk.
Een bijzonder detail is nog dat Hendrikus Kwintenberg van
boerderij Jan Hilleke een halfbroer van Geesken Kwintenberg
is. Hij trouwde op 5 mei 1809 met Janna Hillekes en trouwde
toen in op Jan Hilleke. Janna Hillekes was weduwe van Engbert
Bargman (later Hillekes) en hij was een zoon van Teunis Engberts
Lavarne (later Bargman). Hendrikus Kwintenberg en Engbert
Bargman waren dus neven van elkaar en nakomelingen van Lavarne.
Hieronder foto's van (v.l.n.r.) Heldermans, Menum en Entermans.
|
|
|
|
|
Volkstelling
1811 |
|
De
namen van de bewoners van de vijftien boerderijtjes van de
Agterhoek anno 1811 zijn afkomstig uit de volkstelling die
dat jaar op last van Napoleon werd gehouden. Erve Strokappe
bestond uit de volgende vijf bewoners: |
|
Willem Hendrikz |
Willem Strokappe |
leeftijd: 59 |
|
|
Geesken Engbertz |
Geesken Kwintenberg |
leeftijd: 55 |
|
|
Jan Willem Hendrikz |
Jan Willem Strokappe |
leeftijd: 13 |
|
|
Hendrina Engbertz |
Hendrina Strokappe |
leeftijd: 27 |
|
|
Jan Engbertz |
Jan Strokappe |
leeftijd: 2 |
|
|
|
|
In
de eerste kolom staan de namen geschreven conform het register
van de volkstelling en erachter staan de namen zoals wij die
kennen. De namen in de eerste kolom klinken heel onbekend.
Deze zijn vernoemd naar voorvaders. In het geval van Geesken,
Hendrina en Jan (moeder, dochter en kleinzoon) is deze vernoemd
naar Geeskens opa Engbert Endeman en in het geval van Willem
en Jan Willem (vader en zoon) is deze vernoemd naar Hendrik
Potman, opa van Willem. De namen zijn niet logisch, want patroniemen
werden normaal gesproken afgeleid van de naam van de vader,
welke in het geval van Hendrina en Jan natuurlijk niet bekend
waren. Daarbij werden de mensen normaal gesproken genoemd
met de naam van de boerderij. "Enfin", zal Napoleon
gedacht hebben, hier moeten we duidelijkheid in aanbrengen
en zo werd op 18 augustus 1811 bepaald dat iedereen een vaste
naam moest aannemen. Willem en zoon Jan Willem namen officieel
als achternaam "Strookappe" (met dubbel O!) aan.
Dit staat geregistreerd in de Akte van Naamsaanneming anno
1812. Geesken, Hendrina en Jan staan niet geregistreerd en
zouden verder als Geesken Kwintenberg, Hendrina Strokappe
en Jan Strokappe door het leven gaan. |
|
Er is helaas geen foto
van de Strokappe, maar wel een foto van de Poliste
(huisnummer 218) en mijn gevoel zegt dat deze veel
weg zal hebben gehad van de Strokappe. De Poliste
werd net als de Strokappe omstreeks 1742 gebouwd.
Stichter was Hendrik Engberts, zoon van Hendrikjen
Willems Lavarne, zus van de eerste Willem van de Strokappe!
Daarnaast was hij ook nog eens de oom van Geesken
Kwintenberg. Ook Hendrik is geboren in de Lavarne
welke vlakbij de Poliste stond. Bijnaam van Hendrik
was de jonge Tela, vulgo de Monopolist, later Polist.
Over Hendrik is eerder op deze pagina al iets geschreven.
Uiteindelijk ontstond hier de familienaam Poliste
zoals dat ook gebeurde met Strokappe.
Het is niet zeker dat
het boerderijtje hiernaast van circa 1742 stamt. Dit
staat er namelijk geschreven in de krant van 2 november
1868: "In den ochtend van den 29 Oktober j.l.
omstreeks 6½ uur is te Beuseberg gemeente Holten
brand ontstaan in eene arbeiderswoning van W. Poliste,
die met den inboedel en ingezamelden oogst de prooi
der vlammen is geworden. De oorzaak van den brand
wordt toegeschreven aan het onvoorzigtig gebruiken
van eene brandende lamp bij het weven van jute".
Willem Poliste was wever van beroep en is op 14 januari
1869 overleden.
|
|
|
|
Alle
foto's van de Agterhoek boerderijen zijn afkomstig uit het
boek "De Beuseberg, Vroeger en Nu" samengesteld
door Johan Jansen uit Holten. De kaartjes van de buurschapindeling
en de huisnummers zijn gehaald uit het boekje "Boerderijnamen
Holten, Huisnummering 1811-1850" van wijlen Herman Koopman
wiens genealogisch onderzoek ook bijzonder waardevol is gebleken
voor met name de oudste geschiedenis van de familie Lavarne
en Strokappe. |
|
|
Kadaster
1832 |
|
Napoleon
bedacht weer wat nieuws. Grondbelasting diende ingevoerd te
worden en hiervoor moesten de grondeigendommen in kaart gebracht
worden. Het kadaster
werd opgericht en dit resulteerde in de kadastrale atlas van
1832. Erve Strokappe was gelegen in Holten, sectie C Beuseberg
waarvan hieronder een gedeelte is afgebeeld. Perceel 195 was
die van Erve Strokappe en perceel 190 was die van Ruwewant.
Beide percelen bestonden uit een huis en erf en waren door
de gebroeders Pot gepacht van de Marke Holten. Afstand tussen
beide percelen is nog geen 100 meter. Willem met Aaltjen en
later Geesken en Teunis met Fenneken waren dus ook naaste
buren. De grootte van Strokappe was 1,08 ha en die van de
Ruwewant was 0,88 ha groot. Hieronder een overzicht van de
hiernaast afgebeelde kadastrale nummers met ernaast aangegeven
het corresponderende huisnummer, huisnaam en de hoofdbewoner.
Wat dus opvalt is dat Willem niet meer als Strokappe wordt
genoemd, maar als Pot. Boerderij Heldermans komt niet voor
in dit overzicht, omdat deze in een andere sectie was ingedeeld. |
|
|
|
|
|
|
|
182 |
220 |
Paalman |
Klaas Paalman |
183 |
221 |
Klein Achterkamp |
Jan Broekhuis |
186 |
219 |
Jan Hilleke |
Hendrikus Kwintenberg |
187 |
215 |
Bekkink |
Gerrit Bekkink |
190 |
216 |
Ruwewant |
Teunis Pot |
192 |
218 |
Poliste |
Gerrit ten Duits |
195 |
217 |
Strokappe |
Willem Pot |
197 |
212 |
Entermans |
Jan Enterman |
198 |
213 |
Jan Menne |
Jannes Janmennen |
200 |
214 |
Lambooij |
Hendrik Hofman |
203 |
222 |
Lavarne |
Jan Oolbekkink |
207 |
223 |
Vasters |
Hendrika Lavarne |
215 |
225 |
Menum |
Hendrik Wigmannink |
218 |
224 |
Tela |
Hendrik Hillekes |
bos |
|
hooiland |
|
bouwland |
|
heide |
|
|
|
|
Perceel
194 (1,15 ha groot) was bouwland van de Marke Holten en werd
gebruikt door Willem Pot en perceel 189 was ook bouwland van
de Marke Holten welke door Teunis Pot werd verbouwd. Perceel
194a bestond nog uit heide, maar zal later ook ontgonnen worden
door de Strokappes. Hierover meer verderop deze pagina. Met
uitzondering van Lambooij, Lavarne, Vasters en Menum waren
alle percelen in eigendom van de Marke Holten en hadden de
genoemde personen het recht van opstal. De foto's hieronder
zijn van boerderijen Klein Achterkamp, Jan Hilleke en Vasters.
|
|
|
|
Eigenlijk
is het wel vreemd dat in het kadaster van 1832 Willem Pot
nog wordt genoemd. Het is namelijk zo dat hij toen al was
overleden. Voordat wij verder gaan dus eerst maar eens even
kijken wat er met de hoofdbewoners van Strokappe en Ruwewant
anno 1811 is gebeurd. Helaas, slecht nieuws, drie van de vier
hoofdbewoners zijn reeds overleden. Geesken
Kwintenberg overlijdt op 17 april 1820 op 64-jarige leeftijd.
Kort daarna overlijdt schoonzuster Fenneken Strokappe op 16
juli 1820. De broers Willem en Teunis Pot zijn dan beiden
weduwnaar. Willem overlijdt op 24 oktober 1823. Hij wordt
71 jaar oud. Teunis overlijdt als laatste en oudste op 11
november 1836 en is dan 83 jaar oud. Zijn overlijden wordt
aangegeven door Hendrikus Kwintenberg (jongere halfbroer van
Geesken en wonende op nummer 219) en Jan Willem Bekkink van
nummer 215. De sterfgevallen van Geesken, Fenneken en Willem
werden allemaal aangegeven door Jan Enterman van nummer 212
en Jannes Poliste van nummer 218. |
|
|
De
nieuwe hoofdbewoners van de Ruwewant zijn Harmina Pot
en haar echtgenote Berend Temmink. Op de Strokappe wonen
dan twee gezinnen: die van Jan Willem Strokappe (die
zich dan al Jan Willem Pot noemt) en die van Hendrina
Strokappe. Wanneer Jan Strokappe, oudste zoon van Hendrina,
gaat trouwen in augustus 1833 en er ook met zijn vrouw
en zoontje (die in december 1833 geboren wordt) gaat
wonen, kraakt de kleine Strokappe uit zijn voegen. Jan
zoekt dan zijn heil ergens anders en gaat wonen in Harfsen.
Het gaat dan weer een tijdje goed totdat in 1848 ook
Gerritjen gaat trouwen en haar echtgenoot Johannes Temmink
(broer van eerder genoemde Berend Temmink) intrekt en
zij samen aan gezinsuitbreiding gaan denken. De Strokappe
(welke maar 80 m2 groot was) is dan letterlijk en figuurlijk
te klein en er wordt besloten een nieuw huisje te bouwen
op het aangrensende heideperceel (194a) en deze te ontginnen
tot landbouwgrond. Het zijn Hendrina en Gerritjen Strokappe
en Johannes Temmink die hier gaan wonen. Over Gerritjen
en Johannes meer info verderop deze pagina. |
|
Het kaartje hiernaast dateert van 1848. We herkennen
het boerderijtje Strokappe (rode stip links naast 217)
en we zien dat er ook een klein stipje bij staat, een
schuurtje voor de beesten waarschijnlijk. Boven de Strokappe
staat een piepklein stipje en dat is dus het hutje waarin
Hendrina, Gerritjen en Johannes zijn gaan wonen!
Bij nummer 222 staat de boerderij van Lavarne en er
iets boven waarschijnlijk een schuur. Vrijwel alle bebouwingen
bestonden uit een boerderij en een schuur, logisch wetende
dat vrijwel iedereen bouwman was en beesten hield. Uitzondering
is de Poliste. De hoofdbewoner Jannes Poliste was namelijk
kleermaker en latere hoofdbewoner Gerrit Jan Duits was
wever van beroep. Het weggetje dat naar de Lavarne liep
stond bekend als de Vogelweg. Een vergelijkbaar weggetje
naar Vasters (niet te zien op de kaart) heette de Egelsteeg.
|
|
|
|
Bevolkingsregister
1850 |
|
In
1850 werd in Holten het bevolkingsregister ingevoerd. Het
wordt dan echt duidelijk wie waar woont. Opnieuw een overzicht
van alle bewoners van de voormalige Agterhoek, die toen al
was opgegaan in de Beuseberg. Het blijkt dat alle huizen een
geheel ander nummer hebben gekregen en dat de volgorde van
nummering ook is gewijzigd. En er is dan ook een huisje bijgekomen! |
|
boerderijnaam |
oud |
nieuw |
hoofdbewoner |
huisnummer 1890 |
|
|
|
|
|
|
Heldermans |
211 |
15 |
Hendrik
Knopert |
20 |
Entermans |
212 |
18 |
Gerrit
Enterman |
23 |
Jan Menne |
213 |
19 |
Albert
Jansen Pot |
afgebroken, 1860 |
Lambooij |
214 |
28 |
Gerrit
Jan Lambooi |
26 |
Bekkink |
215 |
23 |
Jan
Willem Bekkink |
30 |
Ruwewant |
216 |
22 |
Berend
Temmink |
28 |
Strokappe,
Hutten |
n.v.t. |
20 |
Hendrina
Strookappe |
24 |
Strokappe,
Erve |
217 |
21 |
Jan
Willem Pot |
25 |
Poliste |
218 |
27 |
Willem
Poliste |
27 |
Jan Hilleke |
219 |
26 |
Geertruida
Hillekes |
29 |
Paalman |
220 |
24 |
Derk
Berkenbos |
afgebroken, 1856? |
Klein Achterkamp |
221 |
25 |
Jan
Broekhuis |
|
Lavarne |
222 |
29 |
Egbert
Oolbekkink |
afgebroken, 1869 |
Vasters |
223 |
30 |
Hendrikus
Achterkamp |
66 |
Tela |
224 |
31 |
Teunis
de Groot |
67 |
Menum |
225 |
32 |
Jan
Wiegmannink |
68 |
|
|
|
Het
nieuwe huisje (nummer 20 anno 1850) was een armoedig
huisje en eigenlijk een hutje en stond op de plek waar
nu een hok voor de pony's op bijgaande foto staat. Later
zou dit huisje bekend staan als Hutten Tone (vernoemd
naar één van de kinderen van Gerritjen
Strokappe), maar het zal eerst een andere naam gehad
hebben, als het die al had. Bij deze dan: Hutten Strokappe!
Op het kaartje hierboven (circa 1890) heeft het nummer
24 wat het huisnummer van die periode was. Nummer 25
was de Strokappe die in die tijd allang niet meer bewoond
werd door Strokappes. De laatste Strokappe bewoner was
namelijk Jan Willem Strokappe (Pot) die er in 1866 overleden
was. Zoon Gerrit Pot woonde er nog tot 11 oktober 1870.
Wie er daarna zijn gaan wonen is nog niet duidelijk,
maar wel is bekend dat de familie van Egbert Voordes
er in 1886 woonde en de laatste bewoners zijn geweest
van Erve Strokappe, hierover straks meer. Het bos op
de foto hiernaast staat bekend als het Galenkamp bos.
Hierin stonden ook de hutten De Bokse (Bekkink) en Nòtte. |
|
|
Bij
het vertrek van Gerrit Pot in 1870 hoort nog een bijzonder
verhaal. Hij vertrekt namelijk naar Hoorn alwaar hij
gaat wonen in ... de gevangenis! In een krantenartikel
van 4 juni 1870 is te lezen dat zekere Pot, bijgenaamd
Strookappe, te recht staat. Hij heeft op de markt te
Hengelo een koe gekocht voor 65 gulden en daarop 45
gulden heeft aanbetaald. Voor het restant van 20 gulden
geeft hij een schuldbekentenis af welke hij met G. Jansen
ondertekent. Hij betaalt deze 20 gulden echter niet.
Na veel moeite lukt het de verkoper om Gerrit te ontdekken.
Gerrit erkent de schuld maar beweert op het ogenblik
van de koop dronken te zijn geweest, hetgeen door enkele
getuigen wordt tegengesproken. Uiteindelijk oordeelt
de rechtbank dat Gerrit schuldig is aan "valschheid
in een onderhandsch geschrift" en veroordeelt hem
tot een gevangenisstraf van 3 jaar! Al die tijd zal
erve Strokappe waarschijnlijk onbewoond zijn geweest.
Gerrit is op 2 maart 1885 op adres Look nummer 26 overleden,
hij bleef ongehuwd. |
|
Na
1900, als de Strokappe al is afgebroken, wordt het huisnummer
25 vergeven aan Erve Entermans die in de periode van
1890 tot 1900 nog huisnummer 23 had. De huisnummers
stonden niet alleen geregistreerd in het bevolkingsregister,
maar ook naast de huisdeur! De foto hiernaast is hiervan
het bewijs. De B is uiteraard van de Beuseberg. |
|
|
Markeverdeling
1851 |
|
Erve
en Hutten Strokappe waren geen eigendom van de Strokappe en
Pot familie, maar werden gepacht van de Marke
Holten. Op 18 september 1851 worden de katersteden en
de daaraan toegevoegde gronden en nog onverdeelde markegronden
verkocht aan de tegenwoordige bewoners. Dit naar aanleiding
van een koninklijk besluit d.d. 3 maart 1846 en het besluit
van de vergadering der Marke Holten d.d. 24 maart 1949. In
de akte wordt het volgende geschreven over: |
|
Katerstede |
Koper |
Bedrag |
Object |
Perceel |
Grootte |
|
|
|
|
|
|
Erve Strokappe |
Jan Willem Pot |
198 gulden, 40 cent |
Huis en erf |
782 (uit 195) |
1 roede |
|
|
|
Bouwland |
783 (uit 194) |
1 bunder,
25 roeden,
80 ellen
|
|
|
|
Heide |
711 (uit 232) |
1 bunder, 39 roeden, 40
ellen |
|
|
|
Weide |
1074 (uit 484) |
63 roeden, 70 ellen |
|
|
|
|
|
|
Hutten Strokappe |
Gerritje Strookappe |
66 gulden |
Huis en erf |
774 (uit 232) |
30 ellen |
|
|
|
Bouwland en heide |
773 (uit 232) |
40 roeden, 30 ellen |
|
|
|
Heide |
712 (uit 232) |
50 roeden, 70 ellen |
|
|
|
Weide |
1080 (uit 484) |
25 roeden, 80 ellen |
|
|
|
|
|
|
|
En
nu komt het: Gerritje Strookappe, en haren man Johannes Temmink,
waren er niet met het betalen van 66 gulden. Zij hadden ook
het beding Diena (Hendrina) Strookappe levenslang inwoning
en onderhoud te verschaffen. Het wrange hiervan is dat Hendrina
al vier dagen later, op 22 september 1851, is overleden! |
|
Ook
wordt Jan Menne verkocht aan Albert Jansen Pot voor 228 en
een halve gulden en wordt de Ruwewant verkocht aan Berend
Temmink voor 187 gulden en 75 cent. De Lavarne komt niet in
de akte voor en klaarblijkelijk was de Lavarne reeds eigendom
van Egbert Oolbekkink die er toen woonde. |
|
Niet alleen mensen zijn
verdwenen, ook boerderijtjes hadden niet het eeuwige
leven. Zo staan in 1890 de boerderijtjes Jan Menne
en Lavarne niet meer op de kaart. Jan Menne zal waarschijnlijk
zijn afgebroken in 1859 na het overlijden van Janna
Bosman aangezien haar echtgenoot Albert Jansen Pot
in 1860 al staat geregistreerd als bewoner van de
Strokappe waar hij inwoonde bij zijn broer Jan Willem
Pot, zijn schoonzuster Janna Klein Teeselink, neef
Gerrit Pot en zijn eigen dochter Geertui Jansen. De
Lavarne zal waarschijnlijk zijn afgebroken in 1869
(zie verhaal over de veiling hieronder) nadat de laatste
bewoonster Willemina Oolbekkink (zus van Egbert Oolbekkink)
er in 1864 was overleden. Egbert en Willemina waren
overigens kinderen van Jan Oolbekkink en Jenneken
Lavarne, maar zijn geen familie van de oorspronkelijke
Lavarne bewoners.
Op het
actuele kaartje hiernaast staan de huidige straatnamen
aangegeven. Drie daarvan zijn vernoemd naar boerderijtjes
die er hebben gestaan namelijk de Menumsweg, Polistenweg
en Lambooysweg. Geen Strokappeweg dus, helaas! De
nummers corresponderen met de huisnummers anno 1890.
Op nummer 23 en 26 staan nog huizen. Nummer 23 Entermans
is Fliermatenweg 3 en nummer 26 Lambooij is Fliermatenweg
2.
|
|
|
|
|
Op
11 maart 1865 wordt "het plaatsje Lavarne" geveild op
verzoek van Jan Hendrik Oongs (weduwnaar van Willemina Oolbekkink
en zoon van Gerrit Oongs en Johanna Stoelhorst),
Gerrit ten Donkelaar (echtgenoot van Johanna Hendrika Oolbekkink,
zus van Willemina) en Jan Albert, Jan en Jan Willem Oolbekkink,
allen broers van Willemina. De laatste werd vertegenwoordigd door
Jan Stegeman omdat Jan Willem circa 1851 was vertrokken naar Amerika.
Jan Stegeman zal een collega van Jan Oolbekkink zijn geweest, want
beiden waren molenaarsknechten uit Deventer. |
|
|
Het
bestond uit een woonhuis met erf op de katerstede Lavarne
(C203), bouwland met schuur (C202), een weiland genaamd 't
Vliermaatje (C430, zie afbeelding), een weiland genaamd de
Smalle Stroot en nog wat meer (gedeelten van) percelen bouwland,
weiland, heide en veengrond. Verder werden er geveild: een
kleerkast, ploeg, wagen, kruiwagen, ladder, karne, melkton,
ton, emmer, twee grepen en een vork, een zijs, paardentuig,
een roodbont koe, pink, paard, varken, turf, aardappels, hooi,
rogge, kussens, dekens, bedlakens, knijpmuts, een paar koussen,
koffieketel, koffiemolen, pannen, borden, kommen, klok, kabinet,
tafel, stoelen, "eenige rommel" ... en nog vele
andere dingen die helaas moeilijk te lezen zijn in de akte.
Eén van de kopers van de inboedel was Jan Willem Pot
van de Strokappe. De Smalle Stroot werd gekocht door Jan Willem
Pot junior en het bouwland in de Lookerenk werd gekocht door
Hendrik Willem te Velde uit Holten. |
|
Het woonhuis met
erf en het bouwland bij de Lavarne werd gekocht door Hendrikus Stegeman
(waarschijnlijk vader van eerder genoemde Jan Stegeman) uit Okkenbroek
voor een bedrag van 1380 gulden. Ook
kocht hij ´t Vliermaatje. Hendrikus was echter al overleden
en geboden werd er daarom door Arend Smale
(opa van Jantje Smale die op 3 februari 1912 trouwde met Hendrik
Jan Strookappe van het Erve Strookappe in Harfsen) en de koopster
was Geertjen Fokkink (Vukkink), weduwe van Hendrikus Stegeman, met
wie zij samenwoonde op het erve Broekstaart. Een zoon van Hendrikus
en Geertjen was Jan Stegeman en zijn schoonmoeder is Janna Oolbekkink,
een nicht van de Oolbekkinks van de Lavarne. Jan is op 23 november
1868 overleden in Look en moeder Geertjen is op 13 mei 1869 overleden
in Neerdorp, de familie Stegeman heeft dus waarschijnlijk niet meer
in de Lavarne gewoond. Na de dood van Geertjen Vukkink wordt de
Lavarne opnieuw geveild, het woonhuis stond er toen dus nog wel
en wordt ook als zodanig beschreven. De veiling bestond uit de bovengenoemde
percelen C203, C202 en C430. Het eerste perceel werd gekocht door
Albert Kruiskamp, het tweede door Gerrit Jan Hofman van de Lambooij
(voor zijn zuster Gerritjen) en het derde door Jan Derksen. Voor
het eerste perceel werd nog maar 350 gulden geboden, dat was in
1865 nog 800 gulden, het huis zal dus in de periode 1865-1869 zijn
verwaarloosd. Albert Kruiskamp woonde op het erve Alb Jans en zal
de Lavarne hebben afgebroken om de grond te gaan gebuiken als wei-
of bouwland. |
|
|
Veiling
1867 |
|
Terug
naar Erve Strokappe. Na het overlijden van Jan Willem Strokappe
(Pot) op 14 oktober 1866 erfden zijn zonen Gerrit en Jan Willem
Pot de Strookappe boerderij. Gerrit woonde er ook nog, samen met
zijn nicht Geertrui Jansen, beiden waren vrijgezel. Jan Willem was
eerder dat jaar met zijn vrouw en twee dochters nog verhuisd van
Erve Paalman naar een andere boerderij in de Beuseberg. Om de waarde
van de Strookappe te kunnen vaststellen werd er op verzoek van Gerrit
en Jan Willem Pot een veiling georganiseerd. De eerste zitting was
op 22 december 1866 ten huize van het "plaatsje" Strookappe.
Geveild werden katerstede Strookappe met erf (kadaster C1110), het
ernaast gelegen bouwland (C1111), nog een perceel bouwland (C923)
en een perceel heide (C1008) en er werden diverse openingsboden
gedaan op alle percelen. Op 5 januari 1867 (één dag
na het overlijden van de jongste dochter van Jan Willem Pot) worden
in het dorp Holten de definitieve biedingen gedaan: Jan Hendrik
Volkerink (die in 1871 zou trouwen met Geertui Jansen) biedt op
de katerstede Strookappe en alle grond eromheen (percelen C1110
en C1111) en doet een totaalbod van 730 gulden. Het andere perceel
bouwland (C923) wordt "in den afslag gemijnd" op 180 gulden
door Gerrit Teeselink en het heideperceel wordt door Gerrit Pot
zelf gekocht voor 55 gulden. |
|
|
En
nu komt het: alleen het perceel bouwland C923 wordt verkocht
(uiteindelijk aan de familie Hartsuiker voor wie Gerrit Teeselink
had geboden) en alle andere percelen worden aangehouden waarvan
het heideperceel wordt toebedeeld aan Gerrit en het hele Erve
Strookappe wordt toebedeeld aan Jan Willem Pot voor de geboden
prijs. Dit betekent dat Jan Willem nog een bedrag van 337,50
gulden aan Gerrit moest betalen. Niet duidelijk is of dit
ook echt is gebeurd, Gerrit bleef immers wonen in de Strookappe
en wellicht hoefde hij hiervoor geen huur te betalen en werd
dit gecompenseerd met het tegoed wat hij van Jan Willem had?
Afijn, de Strookappe bleef nog in de familie en de gebroeders
Pot tekenden ervoor! |
|
|
Op
23 april 1867 komen de gebroeders Pot weer bijeen in de Strokappe
(in die periode huisnummer 46) voor de memorie van aangifte van
de nalatenschap van hun vader die daarover niet beschikt had, ze
kregen daarom dus ieders de helft. Opnieuw worden de hierboven genoemde
percelen vermeld. De handtekeningen hierboven komen uit deze akte. |
|
|
|
Dit
is de situatie van nu waar de erves van Strokappe 217, Pot
216 en Lavarne 222 allang zijn verdwenen. Maar de bomen zijn
blijven staan en zij markeren duidelijke de oude weggetjes
naar de woningen. Zo is duidelijk een rij bomen te herkennen
die langs de oprit naar de Lavarne boerderij stonden.
Ook liep er een weggetje langs Erve Strokappe naar de woning
van Teunis Pot. De bomen erlangs zijn op de satellietfoto
nauwelijks te zien, maar wel op de foto hiernaast. De bomen
staan dwars door het weiland en de hekken markeren het begin
en het einde van het weggetje daar waar Teunis en Fenneken
woonden. De Strokappes moeten daar vaak gelopen hebben als
ze weer eens gingen buurten. |
Tegenwoordig is het een natuurreservaat met vrije wandeling
op wegen en paden! |
|
|
De
nummers hierboven corresponderen weer met de huisnummers anno
1811. Het is goed te zien dat van de tien gemarkeerde plaatsen
(inclusief Hutten) er nog maar vier zijn met huidige bebouwing.
Bij nummer 213 Jan Menne is de boom te herkennen welke eerder
op deze pagina getoond werd. Links daarvan markeren een rij
bomen nog de singel van de Varensteeg.
De positie van Erve Strokappe was in een tegenwoordig weiland
aan de bosrand tussen de huidige panden 2 en 3 aan de Fliermatenweg.
Vroeger heette deze de Flierdijk. Het perceel werd omsloten
door deze Fliermatenweg, de Menumsweg en de Lambooysweg.
De foto hiernaast is genomen op de plek waar Erve Strokappe
stond. Op de voorgrond stond het huis en het erf grensde aan
de bosrand waar een zandweggetje liep en op de hoek het huis
van Teunis Pot stond wat tegenwoordig dus bos is. Het gebied
rond de Strokappe wordt momenteel aangeduid als natuurreservaat.
Leuk om nog te melden is dat er nu dus koeien rondlopen op
de grond van de Strokappe, maar dat dat in 1800 niet het geval
was. Het weiland is tegenwoordig eigendom van de familie Poliste. |
|
|
|
|
Hiernaast
nog een kaartje welke is afkomstig is van Google Maps. Hiermee
is het mogelijk om op de plek van Erve Strokappe te staan
en om je heen te kijken! Klik hier
om dit wonder van techniek en de wereld van de Strokappes
te aanschouwen! Dit doe je door het mannetje naar de Fliermatenweg
te slepen en ter hoogte van Erve Strokappe los te laten. Er
kan dan in alle richtingen gekeken worden, probeer het maar
eens. Voor het echte gevoel zul je echter toch zelf naar de
Beuseberg moeten afreizen ... |
|
|
|
Noabers |
|
De
bewoners van de vijftien boerderijtjes van de oorspronkelijke Agterhoek
en Beuseberg waren buren van de Strokappes. Echter, vaak nog meer
dan dat. Zo zijn de oorspronkelijke Lavarne bewoners niet ver uitgewaaierd
en werden toekomstige echtelieden ook niet ver gezocht. Het resultaat
is dat de bewoners van de Beuseberg vaak ook nog eens familie van
elkaar waren. Hier een paar voorbeelden van mensen met de relatie
tot Hendrina Strokappe: |
|
213 |
Jan Menne |
Albert Jansen Pot |
halfbroer, eerder
woonde er ook oom Hendrik Jansen Janmennen (Pot), broer van
Willem en Teunis Pot |
215 |
Bekkink |
Hendrika Keizer |
nicht, dochter van Grietjen Kwintenberg,
zus van Geesken Kwintenberg |
216 |
Ruwewant |
Teunis Pot |
oom, broer van stiefvader Willem
Strokappe Pot èn getrouwd met Fenneke Strokappe |
217 |
Strokappe |
Jan Willem Pot sr. |
halfbroer |
218 |
Poliste |
Hendrik Engberts Poliste |
broer van opa Willem Engberts
Kwintenberg, voorheen Lavarne waar Hendrik en Willem allebei
geboren zijn |
219 |
Jan Hilleke |
Hendrikus Kwintenberg |
oom, halfbroer van Geesken Kwintenberg,
eerder woonde er een zoon van Teunis Engberts Lavarne, broer
van opa |
220 |
Paalman |
Jan Willem Pot jr. |
neefje, zoon van Jan Willem Pot
senior |
221 |
Klein Achterkamp |
Egbert Achterkamp |
oom van haar schoondochter Fenneke
Achterkamp, woonde later aan Vasters |
222 |
Lavarne |
Hendrik Willems Lavarne |
overgrootvader, ver voor haar
tijd, maar de oorsprong van Strokappe en Kwintenberg! |
223 |
Vasters |
Egbert Achterkamp |
oom van haar schoondochter Fenneke
Achterkamp, woonde eerder aan Klein Achterkamp |
224 |
Tela |
Hendrine Hendriks Tela |
nicht van moeder Geesken Kwintenberg
en dochter van Hendrik Engberts Poliste |
|
|
|
Een
broer van Harmen Alberts, die in 1754 met Jenneken Lavarne Strokap introuwde
op de Strookappe en nadien Harmen Strookappe heette, trouwde in 1769 in
op Tela. Zijn naam is Jannes en hij trouwde met Hendrine Hendriks, dochter
van Hendrik Engberts, stichter van de Poliste en geboren op de Lavarne.
Het zoveelste voorbeeld van de talloze familiebanden in Holten!
Voordat wij verder gaan met de laatste Holtense Strokappe generatie, die
van de kinderen van Hendrina, eerst nog even genieten van oude foto's
van de Holtense Beuseberg en andere Holtense buurtschappen. Op de linkerfoto
het uit leem opgetrokken boerderijtje "Hekkert" op de Borkeld,
de middelste foto staan de Beusenbergse erven Teeselink en Zweers en op
de rechterfoto boerderijtje Hofmans uit het Neerdorp. |
|
|
|
|
Het
verhaal van de kinderen van Hendrina behandelen wij in volgorde van jong
naar oud. Met jongste dochter blijven we namelijk in Holten en zien wij
de verdere ontwikkeling van Erve en Hutten Strokappe. De "Schuitert"
kinderen Aaltjen en Willem verhuizen naar respectievelijk Apeldoorn en
Bathmen. Omdat eerstgeborene Aaltjen op jonge leeftijd overleed valt van
haar niets meer te melden en besluiten wij het Holtense verhaal met oudste
zoon Jan Strokappe, stamvader van de Harfsense Stro(o)kappe familie. |
|
Gerritjen
Strookappe |
|
|
Hendrina
Strokappe woonde dus samen met dochter Gerritjen en haar man Johannes
Temmink, geboren 05-01-1814 in Neede en zoon van Jan Hendrik Temmink en
Anna Geertruid Smit, met wie zij op 6 november 1848 trouwde en hun zoon
Hendrik Temmink die op 27 december 1849 werd geboren. Later zouden nog
twee kinderen geboren worden: Jan Hendrik op 26 april 1853 maar overleden
op 27 juni 1854 en Antonij op 21 oktober 1855. Gerritjen en Johannes waren
boerwerkers ven beroep en waren "behoeftig" en hoefden daarom
niet de kosten der akten van hun huwelijk te betalen. In Neede was Johannes
nog wever van beroep. Een oudere broer van Johannes, Berend Temmink, was
getrouwd met Harmina Pot en zij was de dochter van Fenneken Strokappe
en Teunis Pot. Zij woonden in de Ruwewant cq Pots, het ouderlijke huis
van Harmina. Zo was er opnieuw de situatie dat twee broers trouwden met
Strookappe cq Pot familieleden, maar dit maal dus niet de gebroeders Pot
maar de gebroeders Temmink, en naast elkaar woonden in de Beuseberg! |
|
|
Het
gezin Temmink woonde in Hutten Strokappe waar Gerritjen na haar
huwelijk met Johannes is gaan wonen. De foto hiernaast illustreert
hoe dit armoedige huisje eruit zal hebben gezien. Het huisje kan
ook van heideplaggen zijn gemaakt aangezien deze op heidegrond is
gebouwd welke is ontgonnen naar akkerland.
Gerritjen was na het overlijden van haar moeder in 1851 en man op
5 juni 1856 hoofdbewoonster en stond geregistreerd als landbouwster.
Maar bij het huwelijk van haar oudste zoon Hendrik op 28 oktober
1876 stond zij geregistreerd als dagloonster en later zou zij geen
beroep meer hebben. Zoon Hendrik trouwde overigens met Gerritje
Konijnenberg die in Apeldoorn woonde en dochter was van Henderikus
Konijnenberg en Diena la Mark. In de trouwakte wordt nog een specifieke
opmerking over de schrijfwijze van de achternaam van Gerritjen welke
" ten onregte is geschreven Strookappe, hetgeen had moeten
zijn Strokappe, zoals in de geboorteacte des bruidegoms staat ".
Zo staat de naam overigens ook in de geboorteakte van Gerritjen
zelf, maar door de jaren heen veranderde de naam naar Strookappe
met dubbel O, zoals ook geschreven in haar overlijdensakte. Opvallend
in de overlijdensakte van Gerritjen is ook nog dat Willem Strookappe
als vader wordt genoemd. Waarschijnlijk een misverstand aangezien
Willem in 1820 alleen aangifte deed van de geboorte van Gerritjen.
Of zou het toch?! ... |
|
|
Na het overlijden van haar man Johannes
in 1856 en het trouwen van haar oudste zoon Hendrik in 1876 (die in
1870 al verhuisde naar Laren) is het haar jongste zoon Antonij die bij
haar blijft wonen en voor haar blijft zorgen. Hij is dan boerwerker
van beroep en zal waarschijnlijk nog bij Hutten Strokappe geboerd hebben.
Pas na het overlijden van zijn moeder op 5 januari 1893 gaat Antonij
op zoek naar een vrouw en trouwt uiteindelijk op 27 november 1897 op
42-jarige leeftijd met de 33-jarige Fenneken Seppenwoold die op 10-02-1864
is geboren en dochter is van Albert Jan Seppenwoold en Derkjen Meijerink.
Ver hoefde Antonij niet te zoeken, want Fenneken was weduwe van zijn
neef Teunis Temmink, zoon van Berend Temmink en Harmina Pot, en woonde
op steenworp afstand in de Ruwewant. Daarvoor was Fenneken ook nog weduwe
van Jannes Kolhoop. Het stel trouwt in Holten en gaat eerst in Hutten
Strokappe (huis 24) wonen. Antonij en Fenneken stonden daardoor bekend
als Hutten Tone en Hutten Fenne en het kleine Strokappe huisje wordt
in deze periode dan ook omgedoopt naar Hutten Tone. Ze wonen er met
twee dochters van Fenneken uit haar twee eerdere huwelijken. Klaarblijkelijk
was de Ruwewant (huis 28) toch wat comfortabeler en wordt hiernaartoe
uitgeweken. Op 13 januari 1899 wordt het gezin ook nog uitgebreid met
de geboorte van zoon Derk. Op 4 december 1899 verhuist het gezin uiteindelijk
naar Rijssen. Een belangrijke datum, want de laatste Strokappe nakomeling
vertrekt dan van de plek waar 150 jaar lang Strokappes gewoond hebben!
In Rijssen was Antonij eerst veldarbeider en boerwerker van beroep en
later ging hij in de fabriek werken. Hij woonde aan de Haar en is er
overleden 27 juli 1905. Twee jaar later verhuist Fenneken, die voor
de derde keer weduwe was geworden, naar Ambt Delden waar zij op 23 februari
1912 is overleden.
Antonij's broer Hendrik is op 9 april 1926 in Apeldoorn overleden en
was daarmee de langstlevende uit het gezin van Gerritjen Strokappe.
Zijn echtgenote Gerritje Konijnenberg is op 22 juli 1911 overleden.
Zij hadden vier kinderen: Gerritje (geb. 22-02-1879), Hendrikus (geb.
04-02-1881), Johannes (geb. 01-02-1883) en Dina (geb. 28-08-1885). Het
is grappig om te zien dat deze vier kinderen naar de vier grootouders
zijn vernoemd: Gerritjen Strokappe, Henderikus Konijnenberg, Johannes
Temmink en Diena la Mark. Dochter
Gerritje was overigens niet de eerstgeborene, want op 13 oktober 1877
werd er nog een levenloos meisje geboren. Ook op 18 juni 1888 werd er
nog een levenloos kind geboren en in 1884 was zoon Johannes al overleden.
Hendrikus Temmink is in 1916 overleden, hij was ongetrouwd en had geen
kinderen. Er zijn dus geen Temminks meer uit de Hendrik tak. Het gezin
van Hendrik Temmink woonde in bij de ouders van Gerritje Konijnenberg
in het Apeldoornse buurschap Brink en Orden. Hendrik was arbeider en
dagloner van beroep. Hij is niet in militaire dienst geweest i.v.m.
zijn te kleine gestalte. Nakomelingen van Hendrik Temmink hebben de
naam Dallinga aangezien dochter Gerritje op 27 oktober 1900 trouwde
met Jacob Dallinga en zij voor de meeste nakomelingen zorgden.
|
|
Zoals
gezegd is Gerritjen overleden op 5 januari 1893 en met haar overlijden
verdween de laatste Strookappe uit de Beuseberg. Ze had geen testament
nagelaten en haar zonen Hendrik en Antonie Temmink kregen derhalve beiden
de helft van haar nalatenschap, zijnde Hutten Strokappe. Deze bestond
uit meubelen, vee en landbouwgereedschappen t.w.v. 100 gulden en kadastrale
percelen t.w.v. 250 gulden bestaande uit een huis en erf (C1451, 36ca),
bouwland (C1452, 40.4a), weiland (C929, 28.6a) en heide met dennen (C1009,
51.8a). Na aftrek van schulden bleef er nog 160 gulden over en waren Hendrik
en Antonie ieders 80 gulden rijker alhoewel Antonie dus wel in Hutten
Strokappe is blijven wonen en daardoor later als Hutten Tone bekend zou
worden. Het huisje Hutten Tone is er ook allang niet meer, maar heeft
er in ieder geval wel tot 1919 gestaan. Het verhaal wil namelijk dat Jenneken
Hulsman dat jaar introuwde bij Entermans en daarna hielp bij het doen
van de was bij de oude mensen die op Hutten Tone woonden. Deze bewoners
waren mogelijk Gerrit Koetsier en Hendrika Rodijk. Latere eigenaren van
de Hutten grond waren Nijland van Helderman en Kolkman van Lambooij. |
|
|
Het is best mogelijk dat onze Erve
Strokappe staat omschreven in het verhaal "Hooien na Sint-Jacob"
in het boek "Oud-Achterhoeksch Boerenleven" geschreven
door H.W. Heuvel waarschijnlijk in de periode 1875-1880. Hij vertelt
hier over een zaterdag waarop hij en zijn vader gaan hooien in
waarschijnlijk de omgeving van Holten waar "ver weg de
Sallandsche heuvels blauwen". Hij schrijft o.a.:
"Voorbij dat witte leemen huisje, de Strookappe, zoo schilderachtig
tusschen de vruchtboomen gelegen, rijden wij 'onzen hoek' binnen".
"Na den eten ga ik eens naar dat hutje, de Strookappe,
een echte naam! Het bemoste stroodak hangt achter
en terzij zoo laag over de leemmuren neer, dat de haan zoo van
den mesthoop op het dak wipt en naar de nok kuiert. Voor het kleine
venster is een put met wip, die boven een vierkante omheining
van planken heeft en in den grond met zoden is afgezet. 't Water
is met kroos bedekt en er zwemt, geloof ik, een kikker in. Even
trek ik aan het touwtje en daar valt de deur naar binnen open.
In den hoek van het schemerige keukentje met den hobbeligen leemen
vloer staat de oude Janne-meuje te karnen. Wat een grijs en rimpelig
vrouwtje. Haar kleeren zijn erg gelapt en verschoten en de haren
kijken uit de gaten van haar vuile muts. Maar plezierig en opgeruimd
en het tandelooze mondje staat niet stil. Aan de wand hangt een
schilderijtje met gekleurde soldaten en een rijmpje eronder".
Het is nog niet helemaal zeker, maar het heeft er toch alle
schijn van dat hier hèt boerderijtje van de familie Strookappe
in de Holtense Beuseberg wordt beschreven. Een uniek verhaal dus!
Klik op de afbeelding hiernaast om het verhaal te lezen. Enig
stof tot nadenken is toch de vraag wie Janne-meuje dan was. Janna
Klein Teeselink was al in 1865 overleden en kan het niet geweest
zijn of de schrijver moet over verhalen uit overlevering geschreven
hebben. Wordt vervolgd dus, zoals het zo vaak met verhalen gaat!
Onderzoek in 2019 wijst uit dat met
de Strookappe waarschijnlijk het boerderijtje Menneken te Laren
is bedoeld. De genoemde Jannameuje is dan Janna Zomer die dan
ongeveer 70 jaar oud zal zijn geweest, zij is geboren in 1806.
Haar man is Jan Willem Menneken die uit Holten afkomstig is. Zijn
moeder is Aaltje Poliste die op de Polisten nabij de Strokappe
in de Beuseberg is geboren.
|
|
|
|
Het
kadastrale kaartje hieronder dateert van 1880 en laat naast de Strokappe
ook Hutten Strokappe, Entermans, Lambooij, Ruwewant en Poliste zien.
Maar het kaartje laat nog meer zien! De Strokappe is namelijk eerst
als een rechthoek getekend (met daarin het getal 1110, het kadastrale
nummer van het huis en erf), maar lijkt daarna opnieuw getekend.
Dit zal geen nieuwbouw zijn geweest, maar een meer gedetailleerde
tekening. Hierop is te zien dat middenin de bovenste zijde een inkeping
is getekend. Dit zal de toegang tot de deel zijn geweest en werd
ook wel de onderschuur genoemd. De
achterzijde van het boerderijtje stond dus naar het noorden en de
voorzijde naar het zuiden richting Lambooij en Lavarne. De zijkant
van de boerderij stond dus naar de weg gericht en dus niet de voorzijde
wat misschien logischer zou zijn geweest. |
|
|
|
|
Meer
oude boerderijtjes in de omgeving van Holten hadden een onderschuur
aan de achterzijde. Voorbeelden hiervan zijn hieronder te zien.
De linkerfoto is van het boerderijtje Grieten welke in het Neerdorp
stond. De rechterfoto is genomen van Erve Kruimelaar in de Beuseberg
vlakbij Erve Strokappe, zie nummer 232 op het kaartje eerder op
deze pagina. Deze foto's geven toch een beetje een beeld van Erve
Strokappe. |
|
|
|
|
Jan
Willem Strokappe (Pot) overleed op 14 oktober 1866 en was daarmee de laatste
Strokappe naamdrager die in de Strokappe woonde. Na zijn dood woonde alleen
zijn zoon Gerrit Pot en nichtje Geertrui Jansen (dochter van Albert Jansen
Pot) nog in de Strokappe. Van Gerrit is bekend dat hij op 11 oktober 1870
is verhuisd naar Hoorn. Geertrui blijft alleen achter, maar niet voor
lang, want op 28 januari 1871 trouwde zij met Jan Hendrik Volkerink. Zij
gaat bij hem wonen aan dezelfde (huidige) Fliermatenweg, verderop in de
Beuseberg nabij het Holterbroek. Zijn boerderij zal dus beter en/of groter
zijn geweest dan de Strokappe. Waarschijnlijk was de Strokappe niet meer
in een goede staat, want Gerritjen Strokappe blijft gewoon wonen in Hutten
en verhuist niet terug naar Erve Strokappe die overigens in het bezit
was van Jan Willem Pot, zoon van Jan Willem Strokappe. Jan Hendrik Volkerink
was weduwnaar en had één dochter genaamd Johanna Frederika
die dus de stiefdochter van Geertrui werd. Geertrui zelf kreeg met hem
geen kinderen. |
|
Dochter
Johanna Frederika trouwde met Berend Jan Voordes die een volle neef
van haar was. Deze Berend Jan heeft een broer genaamd Egbert die
dus ook familie was en daarnaast ook nog buurman, want hij woonde
twee huizen verderop. Berend Jan en Egbert waren kinderen van Berend
Jan Voordes en Harmina Volkerink, een zus van Jan Hendrik Volkerink.
Berend Jan Voordes senior op zijn beurt was een zoon van Egbert
Voorts en Berendina Klein Bloemendaal. Hun oudste dochter Jenneken
Voorts (Voordes), die dus een tante was van Egbert Voordes, was
getrouwd met Gerrit Pot, zoon van Harmen Pot, geboren Strookappe!
Het lijkt allemaal ingewikkeld, maar het valt wel mee hoor. De familie
Voordes is oorspronkelijk afkomstig van Erve Voordes (Voorthuis,
Voorts) uit de Beuseberg dat in de periode 1811-1850 huisnummer
229 had en niet ver van de Strokappe lag.
Egbert Voordes was getrouwd met Gerritdina Keizer en samen kregen
zij uiteindelijk zes kinderen. Een grotere woonruimte was gewenst
en Jan Willem Pot (neef van Geertrui Jansen) verkoopt dan de leegstaande
Strokappe aan Egbert die er tussen 1883 en 1886 (stel 1884) met
zijn gezin gaat wonen. Het feit dat Egbert Voordes verre familie
van Pot & Strookappe is, zal hier ongetwijfeld mee te maken
hebben. Voor Gerritdina Keizer was de Strokappe een bekende plek,
want zij is ernaast geboren in de Lambooij. Het gezin blijft er
wonen tot 1892. Volgens een koopakte wordt dan de katerstede Strookappe
op 26 augustus 1892 door landbouwer Egbert Voordes verkocht aan
Jannes Kolkman (toevallig geen familie), wonende aan de overzijde
van de weg in boerderij Entermans, het vroegere huisnummer 212 en
de tegenwoordige Fliermatenweg 3. De verkoopprijs bedroeg 300 gulden.
Erve Strokappe stond kadastraal bekend in sectie C onder nummer
1110: huis, 80 centiaren (bijvoorbeeld 8 x 10 meter) en nummer 1111:
bouwland, 1 ha, 23 aren en 70 centiaren. Jannes Kolkman is niet
in de Strokappe gaan wonen en de familie Voordes blijken dus de
laatste bewoners van de Strokappe en waren dus ook nog familie van
de Strokappes. Ach, wie was dat eigenlijk niet in de Beuseberg! |
|
|
|
|
In 1892 verhuist de familie Voordes
waarschijnlijk naar het nabijgelegen Erve Kloazenkaamp aan de
huidige Beusebergerweg, zie de foto hiernaast. Achter het bos
op de achtergrond van deze foto stond Erve Strokappe. Later komt
hier Hendrik Jan Kettelarij te wonen en sindsdien wordt de boerderij
Kettelarij genoemd.
Egbert Voordes en Gerritdina Keijzer zijn dan verhuisd naar het
dorp Holten, waar zij in een klein huisje aan de Sikkenstraat
(Sikkenstroate) woonden en een arm bestaan leidden. Zo kregen
zij ook soep van de gaarkeuken wat alleen voor de armen bestemd
was. Egbert is in Holten overleden op 9 juli 1927. Gerritdina
is overleden in Deventer op 20 december 1933, maar is wel haar
verdere leven in de Sikkenstraat blijven wonen.
|
|
|
|
Van
de opgroeiende kinderen van Egbert en Gerritdina is dochter Harmina
de enige die in de Strokappe is geboren en dat op 22 november 1888.
Haar zusje Gerritdina was de laatste die in Erve Strokappe op 1
maart 1892 het eerste levenslicht zag, maar zij overleed op 2-jarige
leeftijd. Harmina trouwde op 2 april 1908 met Berend Wensink en
ging in Deventer wonen. Zij is daar op 9 mei 1971 overleden.
Wat betreft de relatie Strookappe-Voordes: er zou nog een extra
relatie ontstaan wanneer Berend Jan Voordes, oudste zoon van Egbert
en Gerritdina, trouwt met Gerritdina Geertruida Legtenberg, een
nakomeling van Willem Lavarne Strokappe Pinkert. |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Terug
naar Strokappe: de nieuwe eigenaar Jannes Kolkman heeft Erve Strokappe
hetzelfde jaar (1892) nog afgebroken en ging het perceel gebruiken
als bouwland. Dit bouwland stond in 1986 nog steeds geregistreerd
onder de naam Strokappe met als eigenaar Albert Kolkman, kleinzoon
van Jannes Kolkman. Met de nog goede stenen van Erve Strokappe bouwde
Jannes op zijn erf een schuur en een aardappelkelder. De aardappelkelder
bestaat nog en de stenen van Erve Strokappe zijn die waar de deur
is ingebouwd. Dus hiermee hebben we toch nog een klein beetje een
beeld van Erve Strokappe. |
|
|
|
|
|
|
|
|
Ook zijn
er tijdens het bewerken van het bouwland van het vroegere Erve Strokappe
nog stukjes van een pijp en ook een bruidspijp gevonden. Het is interessant
meer te weten over de bruidspijp. Deze lange pijp werd versierd met kunstbloemen
door de vrouw van de timmerman. De timmerman zelf maakte een houten kastje
met een glazen schuif, waarin de pijp na gebruik kon worden gepronkt.
Op de avond van de bruiloft gaf de timmermansvrouw de pijp aan de bruid,
die deze met tabak vulde, de pijp aanstak en een paar trekjes rook in
het gezicht van haar echtgenoot blies. Daarna gaf ze de pijp aan haar
man, die er de hele avond uit bleef roken. Tijdens de wittebroodsweken
rookte hij nog maximaal zes dagen uit de bruidspijp, waarna deze tentoongesteld
werd in het daarvoor bestemde kastje in de mooie kamer van de boerderij.
Het roken van de bruidspijp heeft als symboliek zeker ook de dienstbaarheid
van de vrouw aan de man. Zij moet de kolen in het vuur steeds brandend
houden, zodat de man de pijp op elk gewenst moment weer op kan steken.
Daarnaast is de pijp ook een symbool van huwelijkstrouw: breekt de pijp,
dan zal ook het huwelijk geen stand houden ... Na de bruiloft kreeg de
bruidspijp een ereplaats in een toonkast in de mooie kamer van de boerderij,
vaak samen met het bruidsboeket. Op speciale gelegenheden kwam de pijp
dan weer tevoorschijn. Het zal niet de pijp van Jan zijn geweest, want
hij zou deze vast mee hebben genomen naar Harfsen. Met twee huwelijken
en als vaste bewoner van erve Strokappe komt Jan Willem Strokappe het
meest in aanmerking van de mogelijke vroegere bezitter van deze unieke
pijp welke na vele jaren weer in het bezit van een Strookappe is gekomen! |
|
|
|
Foto's hieronder
zijn van Jannes Kolkman, de laatste eigenaar van de Strokappe. Hij trouwde
op 30 april 1891 met Frederika Groot Baltink die in boerderij Entermans
woonde en Jannes trouwde bij haar in. Frederika is geboren in 1871 als
dochter van Albert Groot Baltink en Janna Enterman, die oorspronkelijk
van Entermans kwam. Albert en Janna woonden tijdens hun huwelijk in Dijkerhoek.
Nadat Janna in 1877 is overleden, hertrouwt Albert in 1878 met Aaltjen
Enterman, een jongere zus van Janna. Zij woonde nog op Entermans en Albert
trouwt dan bij haar in en zodoende komt Frederika ook in 1878 in Entermans
te wonen. Zij heeft Erve Strokappe dus nog jarenlang meegemaakt en zal
ook buurvrouw Gerritjen Strokappe gekend hebben! |
|
|
|
Op de foto's
hierboven zien wij o.a. Frederika Groot Baltink en Jannes Kolkman en de
Entermans boerderij welke bewoond is geweest door de families Enterman,
Groot Baltink en Kolkman wat dus allemaal familie van elkaar is. Momenteel
woont er nog steeds de familie Kolkman. |
|
Een
andere familie die jaren naast de Strookappes heeft gewoond is die
van de Lambooij. De oorspronkelijke familienaam was Lambooij, daarna
waren Hofman en Beldman de namen van de hoofdbewoners van deze boerderij.
Op de foto hiernaast zien wij rechts Willem Beldman en Harmina Maag,
de laatste hoofdbewoners van deze familie. De oudere vrouw links
is Geertrui Wissink, moeder van Willem Beldman en echtgenote van
Derk Beldman met wie zij op 24 april 1884 trouwde en vanaf toen
op de Lambooij woonde. Ook zij zal Gerritjen Strokappe dus goed
hebben gekend!
Veel van de gegevens over Strokappe en Lavarne komen uit het archief,
maar ook is er nog wat bekend uit overlevering. Over de Strokappe
is bijvoorbeeld gezegd dat het een klein huisje was. Dat de Lavarne
heeft bestaan, blijkt wel uit het puin dat er aldaar in de grond
is gevonden door de latere eigenaar van de grond. |
|
|
|
|
Schuitert |
|
Hierboven
heb je al kunnen lezen over Gerritjen Strookappe, de jongste dochter van
Hendrina die met haar gezin bij Hendrina op de Strokappe is blijven wonen.
Straks komt Jan ruimschoots aan bod die als stamvader van de Harfsense
Strookappe tak natuurlijk één van de hoofdrolspelers van
deze website is. Maar eerst nog even aandacht voor de andere twee kinderen
van Hendrina: Willem en Aaltjen. Zij hebben als overeenkomst dat in hun
geboorteakten een tweede achternaam wordt genoemd: Schuitert. Het is zeer
goed mogelijk dat dit de achternaam is van hun natuurlijke vader. Het
kan ook zijn dat deze man ook de vader is van Jan, Gerritjen en Aaltjen,
de allereerste dochter van Hendrina. Dit is allemaal moeilijk meer te
achterhalen, maar ook weer niet onmogelijk. Bewijzen zijn er nog niet
maar het zou wel eens Jan Schuitert kunnen zijn die de vader is van Willem
en Aaltjen en waarschijnlijk dan ook van de andere drie kinderen. Jan
is vrijgezel en herbergier op Cents in het dorp Holten. Schuitert was
een familie met aanzien. Dat kan van de familie Strookappe, die daar in
dat kleine boerderijtje Strookappe in de Beuseberg woonde, nou niet bepaald
gezegd worden. De “relatie” van Jan en Hendrina kon dan ook
eigenlijk niet. De kinderen werden dan ook niet erkend en van een huwelijk
mocht het niet komen. Hendrina bepaalde wel dat twee kinderen de toevoeging
Schuitert achter hun eerste voornaam kregen, zo kon en mocht iedereen
weten dat het kinderen van Schuitert waren! De eerste voornamen zijn waarschijnlijk
vernoemd naar Willem Strokappe (stiefvader van Hendrina) en Aaltjen Strokappe
(eerste echtgenote van Willem Strokappe). De andere twee kinderen Jan
en Gerritjen hadden de toevoeging niet nodig, zij werden direct vernoemd
naar Jan Schuitert en Gerrit Schuitert, de vader of broer van Jan. Hendrina
was volgens de volkstelling van 1811 dagloonster van beroep, maar zij
kon natuurlijk ook best in de herberg hebben gewerkt. Zoon Willem noemde
zich later Schuitert i.p.v. Strookappe, was dat omdat de naam Schuitert
hem meer aanzien gaf? |
|
Jan
Schuitert is op 3 april 1823 overleden, hij woonde zijn hele leven
op Cents welke in 1829, tijdens de grote brand, werd verwoest. Bij
de herbouw van het pand wordt een gedenksteen in de muur gemetseld
met het opschrift "In 1829 is dit huis herbouwd door G.Schuitert
en A. Buisman, wonende te Zwolle. Het oude benevens 51 huizen, 17
schuren, kerk toren en school zijn den 16 junij 1829 afgebrand".
Genoemde G. Schuitert en A. Buisman zijn het echtpaar Gerrit Schuitert
en Aleida Buisman, broer en schoonzus van Jan. Zij waren eigenaar
van Cents maar hun neefje Gerrit Schuitert en diens echtgenote Aaltjen
Bredenoord woonden en werkten er. Circa 1836 verhuizen zij naar
een ander pand, de nieuwe herberg wordt uiteindelijk hotel Müller. |
|
|
|
Dan
nu aandacht voor de kinderen. Willem is geboren op 29 november 1811. Twee
weken later, op 13 december 1811, doet Teunis Pot hiervan aangifte en
verklaart dat Dina Strookappe moeder is geworden van een zoon genaamd
Willem Schuitert. Zijn volledige naam is dus Willem Schuitert Strookappe.
Aaltjen wordt geboren op 20 juli 1815. Hiervan doet Hendrina negen dagen
later zelf aangifte en noemt de voornamen Aaltjen Schuitert. Willem zal
de naam Strookappe niet blijven gebruiken en wordt Willem Schuitert genoemd.
Ook Aaltjen gebruikt Schuitert als achternaam, maar houdt ook de naam
Strookappe. Haar volledige naam wordt derhalve Aaltjen Schuitert Strookappe. |
|
Willem
Schuitert Strookappe |
|
|
|
|
Zoals we later op deze pagina kunnen
lezen en vaker op de website genoemd zal worden, verhuisde oudere
broer Jan in 1835 van Holten naar Harfsen. In 1840 volgt Willem
zijn oudere broer en gaat ongeveer twee jaar lang bij Jan en zijn
gezin wonen. Maar dan leert Willem een leuke meid uit Bathmen
kennen. Haar naam is Janna Ulftman
en zij is de dochter van Willem Ulftman en Derksken Wevers en
is geboren op 11 januari 1814. Willem trouwt op 4 juni 1842 met
Janna en gaat met haar in Bathmen wonen en werken als dagloner.
In het certificaat van de nationale militie, behorende bij de
huwelijksbijlagen, staat bijgaand signalement van Willem omschreven.
In modern Nederlands staat geschreven dat hij 1.61 meter groot
is, een rond aangezicht en voorhoofd, blauwe ogen, een normale
neus en mond, een ronde kin en bruin haar en wenkbrauwen heeft.
In de nationale militie staat ook geschreven dat hij was ingelijfd
bij de infanterie, maar hieruit is gedeserteerd! Hij wordt hiervoor
gestraft en de voldoening van deze straf sluit hem verder uit
van het voldoen aan de nationale militie.
Met Janna krijgt Willem twee zonen: Hendrik Willem op 27 januari
1843 en Derk Willem op 11 januari 1846. Beide kinderen worden
niet oud, want Hendrik Willem overlijdt op 5 november 1847 en
Derk Willem twee maanden later op 5 januari 1848. Het echtpaar
is dan weer kinderloos en in 1851 is het drama voor Willem compleet
als op 25 maart ook Janna overlijdt.
|
|
|
Maar
op 29 mei 1852 hertrouwt Willem, ondertussen 40 jaar oud, met de
23-jarige Geesken
Ganzetap, dochter van Garrit Ganzetap en Janna Nijenhuis, geboren
12-05-1829 en ook afkomsig uit Bathmen. Willem, nog steeds dagloner,
en Geesken, die weefster van beroep was, hadden het beiden niet
breed en overleggen bij hun trouwen een zogenaamd "certificaat
van onvermogen" waarmee zij aangeven onvermogend te zijn om
de kosten te kunnen betalen welke met het aangaan van het huwelijk
gemoeid zijn zoals die van akten, zegels, leges en salaris.
|
|
|
|
|
Op
1 december 1852 wordt nog een zoon geboren met de naam Gerrit Jan.
Helaas heeft Willem van hem ook niet lang kunnen genieten, want
op 6 november 1855 overlijdt Willem op 44-jarige leeftijd in zijn
huis met nummer 86 in het dorp Bathmen. Dit huis stond waarschijnlijk
aan de huidige Schipbeekseweg.
Geesken hertrouwt op 7 februari 1857 met Gerrit Jan Tempelman uit
Holten en blijft in Bathmen wonen tot zij en de beide Gerrit Jannen
in 1863 verhuizen naar Diepenveen. Hier trouwt Gerrit Jan junior
op 12 februari 1880 met Henders Bieleman en de handtekening hierboven
is van hem afkomstig. Gerrit Jan werkte als pakhuisknecht in Deventer.
Henders Bieleman was een dochter van Gerrit Jan Bieleman en Hendrika
Nijkamp en is op 11 april 1858 in Deventer geboren.
|
|
|
|
Geesken
Ganzetap is overleden op 13 mei 1907 en Gerrit Jan Schuitert op 28 juni
1917, beiden in Deventer. Ook Henders Bieleman is op 24 maart 1941 in
Deventer overleden. |
|
|
Gerrit
Jan en Henders kregen acht kinderen waarvan de eerste vier in Diepenveen
en de laatste vier in Deventer zijn geboren. De kinderen zijn:
Gerritje geb. 04-12-1880, Gerrit Jan geb. 21-01-1882 (overl. 1894),
Jan Willem geb. 10-02-1884, Hendrika geb. 28-08-1886, Hendrik geb.
22-11-1888, Albert geb. 07-12-1891 (overl. 1892), nog een Albert
geb. 27-02-1894 en nog een Gerrit Jan geb. 23-02-1898.
De jongste zonen zijn vernoemd naar hun jong overleden oudere broers.
De twee dochters bleven ongehuwd en de vier opgroeiende zonen trouwden
allen. De foto's van de dochters en de zonen met hun echtgenotes
staan hiernaast en hieronder. De namen van de Schuitert echtgenotes
en de bekende trouwdata zijn zichtbaar als met de cursor op de foto
wordt gestaan. Hendrik trouwde in Gorssel, de anderen allemaal in
Deventer. |
|
|
|
|
|
|
Aaltjen
Schuitert Strokappe |
|
|
|
Aaltjen
was dienstmeid van beroep en trouwt op 5 juni 1845 met Wouter
van Asselt. Hij is geboren op 5 december 1818 en is de zoon van Hendrik
van Asselt en Eva Gerrits van Essen. Ook zij verlaat Holten en verhuist
naar Apeldoorn (waar Wouter is geboren en getogen) en Aaltjen woonde daarvoor
trouwens nog in Twello. |
|
Nog
geen maand na haar trouwen, op 3 juli 1845, wordt hun eerste kind
geboren: Eva. Zij krijgt nog twee broertjes: Dirk op 12-11-1848
en Hendrik op 08-12-1849 en twee zusjes: Alberdina op 22-07-1854
en Jannetje op 08-11-1857. Ook wordt er op 22 juni 1853 nog een
levenloos jongetje geboren. Dirk wordt ook maar 14 dagen oud en
overlijdt op 27 november 1848. De andere kinderen groeien op en
trouwen: Eva op 7 juni 1873 met Lammert Drost, Hendrik op 17 oktober
1874 met Gerdina Ruimerman, Jannetje op 21 augustus 1880 met Gerrit
Jan Westerveld en Alberdina op 13 mei 1882 met Bernardus Vincent.
Hendrik zou op 2 mei 1912 nog een keer trouwen en wel met Antje
Molenaar nadat hij weduwnaar was geworden van Gerdina Ruimerman
die eerder dat jaar op 8 februari was overleden.
Aaltjen is op 72-jarige leeftijd overleden
op 10 mei 1888 en Wouter, die dagloner van beroep was, overleed
een jaar eerder op 16 mei 1887 en werd 68 jaar oud. Dochter Alberdina
overleed op 6 oktober 1913, Eva op 11 februari 1922, Jannetje op
2 januari 1938 en Hendrik op 10 april 1940 en hij werd 90 jaar oud.
De foto hiernaast is van hem. Iedereen is overleden in Apeldoorn
waar zij allen hebben gewoond. |
|
|
|
Aaltjen
en Wouter hadden dus vier opgroeiende kinderen die trouwden en ervoor
zorgen dat Aaltjen en Wouter 34 keer oma en opa werden. Jannetje kreeg
elf kinderen, Hendrik werd vader van negen kinderen, Eva werd moeder van
acht kinderen en Alberdina bracht zes kinderen ter wereld. Ben je zelf
een nakomeling van deze Drost, Van Asselt of Vincent kinderen en heb of
weet je een oude foto van Eva, Hendrik, Alberdina van Asselt, neem dan
contact met me op! |
|
|
De
foto's hiernaast zijn van Jannetje van Asselt en haar familie. Op
de foto links staan al haar kinderen m.u.v. dochter Janna Aleida
die maar drie maanden oud is geworden. Op de foto rechts zien we
Jannetje, Gerrit Jan en jongste dochter Janna Geertruida Aleida.
Jannetje en Gerrit Jan kregen elf kinderen in de periode 1880-1902.
Gerrit Jan was dagloner van beroep en de zoon van Gerrit Westerveld
en Jannetje van de Vosse. Dochter Jannetje werd geboren in 1888
en is overleden in 1991, zij werd 103 jaar oud! |
|
|
|
Nog
even terugkomen op de vader van Willem en Aaltjen welke dus vermoedelijk
de achternaam Schuitert zal hebben gehad. Nu was het gebruikelijk dat
een oudste zoon werd vernoemd naar de vader van de vader. In het geval
van Willem Schuitert wordt zijn zoon Hendrik genoemd en is het dus mogelijk
dat de vader Hendrik Schuitert kan hebben geheten er natuurlijk van uitgaande
dat (de naam van) deze man bij de kinderen van Hendrina bekend was. Ook
Aaltjen noemt een zoon Hendrik. Dit was natuurlijk een populaire naam
in die tijd, maar het kan dus ook meer betekenen ... |
|
|
Bewoners
Erve Strokappe |
|
Jan Strokappe
is er de oorzaak van dat Strookappe ook in het Gelderse Harfsen een bekende
naam zou worden en mag gezien worden als stamvader van de Harfsense Strookappe
tak aangezien zijn vader en grootvader niet bekend zijn. Veel aandacht
daarom dus voor Jan op deze pagina en de Harfsen
pagina, maar eerst voor de volledigheid een overzicht van alle 54 personen
(hoofdbewoners in vette letters) die op deze pagina de revue zijn gepasseerd
als bewoners van de Stro(o)kap(pe) boerderij en hut in de Beuseberg! Deze
zijn in chronologische volgorde: |
|
|
intrede |
naam |
uittrede |
|
|
|
|
|
|
afkomstig van Lavarne
222, stichting
|
1749
|
Willem Hendriks
Lavarne Strokappe |
1764<
|
overleden, tussen
07-08-1763 en 24-06-1764
|
afkomstig van Lavarne
222, stichting
|
1749 |
Aaltjen Derks Struyk
|
1748>
|
overleden, datum onbekend
|
afkomstig van Lavarne
222, stichting
|
1749 |
Jenneken
Willems Lavarne Strokap
|
1779>
|
verhuisd of overleden
na 1803, data onbekend
|
afkomstig van Lavarne
222, stichting
|
1749 |
Willem Lavarne Strokappe
Pinkert
|
1770
|
huwelijk, verhuisd
naar Pinkerts 165
|
afkomstig van Reijling
en Bonten 206, ingetrouwd
|
1754
|
Harmen Alberts
Strookappe
|
1778<
|
overleden, datum onbekend
|
geboorte
|
1755
|
Aaltjen Harms Strokappe
|
1787<
|
overleden, datum onbekend |
geboorte
|
1756
|
Harmen Harms Strookappe
|
1779>
|
onbekend, wel voor
1795
|
geboorte
|
1759
|
Willem Harmsen Strokappen
|
1787>
|
onbekend, wel voor
1795
|
geboorte
|
1763
|
Fenneken Harmsen
Strokappen
|
1785
|
huwelijk, verhuisd
naar Ruwewant 216
|
geboorte
|
1766
|
Janna Harms Strokappe
|
1795<
|
onbekend
|
geboorte
|
1769
|
Albert Harms Strokappe
|
1795<
|
huwelijk 1800, woonde
daarvoor al in Colmschate
|
geboorte
|
1775
|
Jan Harms Strookappe
Eekhuis
|
1795<
|
huwelijk 1803, woonde
daarvoor al in Olst
|
afkomstig van Smits
10, ingetrouwd
|
1778
|
Willem Jansen
Strokappe Pot
|
1823
|
overleden
|
geboorte |
1782
|
Harmen Jansen Strookappe
Pot
|
1811<
|
huwelijk, verhuisd
naar Sandvoort 195
|
geboorte |
1785
|
Jan Jansen Strookappe
|
1787<
|
overleden
|
afkomstig van Kwintenberg
237, ingetrouwd
|
1788
|
Geesken Kwintenberg
|
1820
|
overleden
|
afkomstig
van Kwintenberg 237, ingetrouwd als kind
|
1788
|
Hendrina
Strokappe
|
1851 |
overleden
|
geboorte |
1788
|
Aaltjen Strokappe
|
1800 |
overleden
|
geboorte |
1791
|
Hendrika Jansen
Strokappe Pot
|
1828
|
huwelijk, verhuisd
naar Diepenveen
|
geboorte |
1795
|
Albert Jansen Pot
|
1829
|
huwelijk, verhuisd
naar Rijssen, later Jan Menne 213
|
geboorte |
1798
|
Jan Willem
Strokappe Pot
|
1866
|
overleden |
geboorte |
1807
|
Aaltjen Strokappe
|
1808
|
overleden |
geboorte |
1809
|
Jan Strokappe
|
1835 |
verhuisd naar Harfsen
|
geboorte |
1811
|
Willem Schuitert
Strookappe
|
1840
|
verhuisd naar Harfsen,
later huwelijk Bathmen
|
geboorte |
1815
|
Aaltjen Schuitert
Strookappe
|
1845
|
huwelijk, verhuisd
naar Apeldoorn
|
geboorte |
1820 |
Gerritjen
Strookappe
|
1893
|
overleden
|
afkomstig van Paalmans
220, ingetrouwd
|
1821
|
Berentdina Janzen
Paalman
|
1828
|
overleden
|
geboorte
|
1823 |
Geertrui Pot
|
1823
|
overleden |
geboorte |
1824
|
Gerrit Pot
|
1870
|
verhuisd naar Hoorn
|
afkomstig van Paalmans
220, ingetrouwd
|
1828
|
Janna Klein Teeselink
|
1865
|
overleden |
afk. van Schuppen
Kuipers 60, samenwonend
|
1829
|
Hendrika Kuiper
|
1829
|
huwelijk, verhuisd
naar Rijssen
|
geboorte |
1829
|
Jan Willem Jansen
|
1829
|
verhuisd naar Rijssen |
geboorte |
1829
|
Berent Jan Pot
|
1829
|
overleden |
geboorte |
1831 |
Berent Jan Pot
|
1831 |
overleden |
geboorte |
1832
|
Jan Willem Pot
|
1857
|
verhuisd naar Olst
|
afkomstig van Achterkamp
235, ingetrouwd
|
1833
|
Fenneken Achterkamp
|
1835
|
verhuisd naar Harfsen |
geboorte |
1833
|
Jan Strookappe
|
1835 |
verhuisd naar Harfsen |
afkomstig van Neede,
ingetrouwd
|
1848
|
Johannes Temmink
|
1856
|
overleden |
geboorte |
1849
|
Hendrik Temmink
|
1870
|
verhuisd naar Laren,
later huwelijk Apeldoorn |
geboorte |
1853
|
Jan Hendrik Temmink
|
1854
|
overleden |
geboorte |
1855
|
Antonij
Temmink
|
1899
|
verhuisd naar Rijssen |
afkomstig van Jan
Menne 213, verhuisd |
1860 |
Geertrui Jansen |
1871 |
huwelijk, verhuisd elders in Beuseberg |
verhuisd |
1884 |
Egbert
Voordes |
1892 |
verhuisd naar elders
in Beuseberg |
verhuisd |
1884 |
Gerritdina
Keizer |
1892 |
verhuisd naar elders
in Beuseberg |
verhuisd |
1884 |
Berend Jan
Voordes |
1892 |
verhuisd naar elders
in Beuseberg |
verhuisd |
1884 |
Jan Voordes |
1892 |
verhuisd naar elders
in Beuseberg |
verhuisd |
1884 |
Hendrik Jan
Voordes |
1892 |
verhuisd naar elders
in Beuseberg |
geboorte |
1886 |
Hermannes Voordes |
1888 |
overleden |
geboorte |
1888 |
Harmina Voordes |
1892 |
verhuisd naar elders in Beuseberg |
geboorte |
1892 |
Gerritdina
Voordes |
1892 |
verhuisd naar elders
in Beuseberg |
afkomstig van Ruwewant
216, ingetrouwd |
1897 |
Fenneken Seppenwoold |
1899 |
verhuisd naar Rijssen |
afkomstig van Ruwewant
216, ingetrouwd als kind |
1897 |
Aaltjen Kolhoop |
1899 |
verhuisd naar Rijssen |
afkomstig van Ruwewant
216, ingetrouwd als kind |
1897 |
Janna Temmink |
1899 |
verhuisd naar Rijssen |
geboorte |
1899 |
Derk Temmink |
1899 |
verhuisd naar Rijssen |
|
|
Van de laatste
persoon, Derk Temmink, is het niet zeker of hij wel in Hutten Tone (voorheen
Hutten Strokappe) heeft gewoond. Na het huwelijk van Antonij en Fenneken
hebben zij eerst gewoond in Hutten Tone, maar waarschijnlijk niet voor
lang. Fenneken woonde daarvoor nog in de Ruwewant welke oud was, maar
nog wel wat "luxer" dan het hutje waar Antonij woonde. Denk
daarom eigenlijk toch dat zij al kort na hun trouwen zijn gaan wonen in
de Ruwewant en dat Derk Temmink daar is geboren. Hoe dan ook, altijd nog
op een steenworp afstand van Erve en Hutten Strokappe! |
|
|
Jan
Strokappe |
|
|
|
Jan
is geboren in Holten op 8 april 1809 en woonde met zijn moeder Hendrina
bij haar moeder en pleegvader op Erve Strokappe. Pas vijf maanden
later, op 10 september 1809, wordt Jan gedoopt terwijl dat normaal
gesproken binnen enkele weken gebeurde. Dat Hendrina opnieuw een
onecht kind ter wereld had gebracht, zal door de kerk niet erg gewaardeerd
zijn. Jan was een boerenknecht en is niet in militaire dienst geweest
omdat hij de mazzel had niet uitgeloot te worden. Hij trouwt op
1 augustus 1833 met Fenneken
Achterkamp, geboren 23 januari 1814, oudste dochter
van Jan Achterkamp (ook wel Agterkamp) en Janna Teeselink (ook wel
Tieselink) afkomstig van Erve Teeselink waarvan eerder op deze pagina
een foto is te zien. Zij waren ook bouwlieden en zijn op 1 april
1813 met elkaar getrouwd. Fenneke is geboren op Erve Teeselink (huis
227) en woonde daarna met haar ouders op Erve Achterkamp
(huis 235) in de Beuseberg, ongeveer 700 meter van de Strokappe
gelegen. Op de foto hiernaast de plek waar nu nog steeds een boerderij
staat. De oudste vermelding van deze boerderij is Echterkaamp en
dateert van 1728. |
|
|
|
|
|
|
|
Jan
Achterkamp is de broer van de eerder genoemde Egbert Achterkamp
die met Hendrika Lavarne was getrouwd. Een zoveelste voorbeeld van
het feit dat iedereen in de Beuseberg ergens ook wel weer familie
van elkaar was. Ouders van deze broers waren Jannes Agterkamp en
Jenneken Vasters en woonden op Erve Achterkamp. De handtekening
hierboven is van Hendrikus Achterkamp, zoon van Egbert Achterkamp.
Foto hiernaast is genomen naast de boerderij van Achterkamp. Het
geeft een goed beeld van de ruimte en rust van de Holtense Beuseberg.
Rechts staat de boerderij van Achterkamp, achter de bomen stond
het boerderijtje Kwintenberg en links de voormalige Agterhoek met
de vele boerderijtjes zoals deze reeds op pagina zijn voorbij gekomen
van o.a. Lavarne, Jan Menne, Poliste, Entermans en Strokappe natuurlijk!
|
|
Een foto van Jan Strokappe is er niet, maar er is wel een signalement
van Jan bij zijn trouwen in 1833 toen hij 22 jaar oud was en die luidt
als volgt:
|
|
|
|
|
|
Links
hiernaast een afbeelding van de huwelijksakte van Jan en Fenneken
d.d. 1 augustus 1833 afkomstig uit het boek der huwelijksakten van
Holten. Het huwelijk ervoor was gesloten op 27 juni 1833 en de akte
staat geschreven naast die van Jan Strokappe en is die van Berend
Temmink en Harmina Pot, dochter van Fenneken Strokappe en wonende
in Pots naast erve Strokappe! Het was dus binnen 5 weken twee keer
feest bij Strokappe en Pots! |
|
Lengte: |
1 el 594 str. (1.59 mtr) |
Aangezicht: |
rond |
Voorhoofd: |
idem |
Ogen: |
blauw |
Neus: |
ordinair = gewoon |
Mond: |
idem |
Kin: |
spits |
Haar: |
donkerbruin |
Wenkbrauwen: |
idem |
Merkbare tekenen: |
geen |
|
|
|
Hebben we
toch nog een beetje een idee hoe deze man eruit gezien heeft! Hetzelfde
jaar wordt oudste zoon Jan geboren op 27 december 1833. Kort daarna verhuist
het jonge gezin naar Harfsen en ik stel voor dat we met ze meegaan naar
de Harfsen pagina! |
|
|
©
2007-2024 Erwin Strookappe |
|
|